What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
paragraaf 4.1 v5
collectieve goederen
1 / 19
next
Slide 1:
Mind map
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
40 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
collectieve goederen
Slide 1 - Mind map
Waarom zijn particuliere bedrijven niet bereid om geld ui te geven voor het ophogen van dijken?
Slide 2 - Open question
op welke wijze ruilt de overheid over de tijd?
Slide 3 - Open question
lesdoelen
Je kunt uitleggen wat collectieve goederen zijn
Je kunt benoemen hoe de overheid ruilt over de tijd
Je kunt uitleggen wat de motieven van de overheid zijn bij ruilen over de tijd
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Quasi-collectieve goederen
individuele goederen aangeboden door de overheid
aan individuele gebruiker kunnen kosten in rekening gebracht worden
voorbeelden:
wegen, bruggen, tunnels, bibliotheken, onderwijs
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
wijze van Financiering
Overheid: schatkist (B, niet belastingontvangsten (aardgas) en leningen
Sociale verzekeringsfondsen:
premieheffing
collectieve lastendruk:
totale ontvangsten collectieve sector
x 100%
BBP
Regering:
Bestuurt het land en neemt beslissingen.
Provincie:
Het provinciebestuur controleert het werk van de van de gemeenten in de provincie en zorgt ervoor dat de gemeenten goed samenwerken.
Parlement:
Controleert de regering, neemt beslissingen en beslist of de plannen worden uitgevoerd.
Ministerie:
De voorbereiding van beleid, wetten en regelingen
Gemeente:
Gaat over zaken die alleen de inwoners van de gemeenten aangaan.
Waterschappen:
Zorgen voor de waterhuishouding in Nederland. Zij bewaken het waterpeil en de kwaliteit van het water.
Sociale fondsen
: verzorgen de sociale verzekeringen, zoals de werkloosheidsverzekering en de Algemene Ouderdomswet (AOW).
Slide 12 - Slide
ambtenarensalarissen: ambtenaren en semi-ambtenaren
materiële overheidsconsumptie: meubels, computers, legeruniformen etc
overheidsinvesteringen: wegen, dijken etc
inkomensoverdrachten: bijstand, huurtoeslag, kinderbijslag
NB: overheidsconsumptie legt overheid beslag op de productiefactoren
Overdrachten leggen gezinnen beslag op productiefactoren
Rente en aflossing staatschuld par.4.3
Slide 13 - Slide
Opdracht
Neem dit schema over in je schrift en schrijf de taken erbij van:
-regering
-parlement
-ministeries
-provincies
-gemeenten
-waterschappen
Maak gebruik van je boek op blz.
160-161 en eventueel van het internet.
Klaar?
Begin aan de opdrachten
van par. 6.3.
Regering:
Bestuurt het land en neemt beslissingen.
Provincie:
Het provinciebestuur controleert het werk van de van de gemeenten in de provincie en zorgt ervoor dat de gemeenten goed samenwerken.
Parlement:
Controleert de regering, neemt beslissingen en beslist of de plannen worden uitgevoerd.
Ministerie:
De voorbereiding van beleid, wetten en regelingen
Gemeente:
Gaat over zaken die alleen de inwoners van de gemeenten aangaan.
Waterschappen:
Zorgen voor de waterhuishouding in Nederland. Zij bewaken het waterpeil en de kwaliteit van het water.
Sociale fondsen
: verzorgen de sociale verzekeringen, zoals de werkloosheidsverzekering en de Algemene Ouderdomswet (AOW).
Slide 14 - Slide
Waarom kan de overheid jou niet verbieden om gebruik te maken van een collectief goed?
A
Het wordt aan iedereen persoonlijk geleverd, dus ook aan jou
B
Je hebt voldoende geld om het product te betalen
C
Collectieve goederen worden tegen kostprijs geleverd en zijn dus goedkoop
D
Je hoeft er niet voor te betalen, dus je kunt niet uitgesloten worden van het gebruik
Slide 15 - Quiz
Welke stelling over quasi-collectieve goederen klopt?
A
Voor een quasi-collectief goed hoef je niet te betalen
B
bij een quasi-collectief goed kun je vragers uitsluiten.
C
quasi-collectieve goederen kunnen alleen door de overheid geleverd worden
Slide 16 - Quiz
Wat voor soort goed is het rijksmuseum?
A
Individueel goed
B
collectief goed
C
quasi-collectief goed
Slide 17 - Quiz
Individueel goed
Collectief goed
quasi-collectief goed
Slide 18 - Drag question
Controleert de regering
Zorgt ervoor dat gemeentes goed samenwerken
Is de baas van een ministerie
Gaat over de subisidie van een voetbalclub
Bewaken het waterpeil
Provincie
Parlement
Minsiter
Gemeente
Waterschappen
Slide 19 - Drag question
More lessons like this
H6.3 De overheid bemoeizuchtig
November 2024
- Lesson with
16 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
6.3 - De overheid, bemoeizuchtig?
December 2020
- Lesson with
14 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
6.3 de overheid bemoeizuchtig?
May 2020
- Lesson with
19 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
V5 10.1 De collectieve sector
December 2021
- Lesson with
16 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
6.3 - De overheid, bemoeizuchtig?
November 2024
- Lesson with
18 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Havo 3 - Samenleving H2
April 2024
- Lesson with
40 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
6.3 de overheid bemoeizuchtig?
April 2022
- Lesson with
20 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
3H/V- Samenleving H2
June 2022
- Lesson with
16 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3