Sociaal gedrag en maatschappelijke verschijnselen

Sociaal gedrag en maatschappelijke verschijnselen
1 / 11
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Sociaal gedrag en maatschappelijke verschijnselen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Aan het einde van de les kun je gedrag observeren in verschillende sociale situaties met behulp van een kijkwijzer.
  • Aan het einde van de les begrijp je het belang van het gebruik van al je zintuigen bij het observeren van gedrag.
  • Aan het einde van de les kun je onderscheid maken tussen feit en mening, en realiteit en fictie, in relatie tot het observeren van gedrag.
  • Aan het einde van de les kun je geobserveerd gedrag toetsen aan een theoretisch kader zonder de kaders volledig toe te lichten, maar met begrip van hun relevantie.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over het observeren van gedrag in sociale situaties?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Het gebruik van een kijkwijzer bij het observeren van gedrag
Kijkwijzer: Een hulpmiddel om observatiecriteria systematisch en gericht toe te passen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Het belang van het gebruik van zintuigen bij observatie
Leerlingen leren het belang van het inzetten van alle zintuigen bij gedragsobservaties.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Het onderscheid tussen feit en mening bij observatie
Feit vs. Mening: Een feit is een objectieve waarheid die onafhankelijk is van persoonlijke gevoelens of overtuigingen, terwijl een mening een persoonlijke kijk of interpretatie is.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Toetsing van geobserveerd gedrag aan theoretische kaders
Theoretisch kader: Een set van concepten en/of theorieën die gebruikt wordt om gegevens te analyseren en te interpreteren.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Definitielijst
  • Kijkwijzer: Een hulpmiddel om observatiecriteria systematisch en gericht toe te passen.
  • Feit vs. Mening: Een feit is een objectieve waarheid die onafhankelijk is van persoonlijke gevoelens of overtuigingen, terwijl een mening een persoonlijke kijk of interpretatie is.
  • Theoretisch kader: Een set van concepten en/of theorieën die gebruikt wordt om gegevens te analyseren en te interpreteren.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 9 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 10 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 11 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.