Examentraining 2 Mens en Omgeving

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 4

Theorie mens en omgeving

onderdeel schoonmaken

Lesdoelen Mens en Omgeving 

Aan het einde van de examentraining kan je

• aangeven waarom we schoonmaken
• Wat de volgorde van schoonmaken is
• verschillende schoonmaakmethodes en schoonmaakmaterialen benoemen
• Hoe je een stofwisser moet gebruiken
• reiningingsniveaus benoemen
• Gevarensymbolen herkennen

Schoonmaken

Waarom maken we schoon?

• Bevordert de hygiëne, voorkomt ziektes
• Verlengt de levensduur van het interieur
• Een schone ruimte leeft/werkt prettiger

Micro-organismen

Kunnen mensen ziek maken.

- bacteriën

- virussen

- schimmels

Reinigingniveaus:

• Ruw schoon (De ruimte kan schoner maar is niet nodig. Zoals een kelder, zolder of box)
• Huishoudelijk schoon. (Ruimte lijkt schoon, al het zichtbare vuil is verwijderd.)
• Smetschoon. (Heel erg schoon, er worden desinfecterende middelen gebruikt.Bijvoorbeeld operatiekamer of laboratorium)

Er zijn meerdere reinigingsniveaus. Zo is de operatiekamer van een ziekenhuis......

1. ruwschoon
2. huishoudelijk schoon
3. zakelijk schoon
4. smetschoon

Volgorde van schoonmaken

Juiste volgorde van schoonmaken:

• Eerst droog, dan nat
• Van schoon naar vies, eerst het minder vieze dan het viezere
• Van boven naar beneden
• Buiten naar binnen

Stap voor stap schoonmaken:

Stap 1: opruimen

Stap 2: stoffen met een stofdoek

Stap 3: stofzuigen of stofwissen met stofwisdoekjes

Stap 4: dweilen of moppen met water en sop

Schoonmaakregels:
Werk van boven naar beneden?

1. juist
2. onjuist

Werk van vies naar schoon?

1. juist
2. onjuist

Droog schoonmaken

• Stofzuigen
• Vegen
• Stof afnemen
• stof wissen

Nat schoonmaken

• Dweilen
• Moppen
• Schrobben
• Ramen zemen

Klamvochtig schoonmaken

• Klamvochtig afnemen
• Schoonmaken met een microvezeldoek
• Stoomreinigen

Wat gebruik je bij nat schoonmaken?

1. bezem, plumeau
2. bezem, kruimeldief
3. dweil, mop, schrobber, spons
4. handschoenen

Wat gebruik je bij droog schoonmaken?

1. stoffen, stofzuigen, vegen
2. schrobben
3. Dweilen, moppen
4. ramen zemen

Milieuvriendelijk reinigingsmiddelen (= natuurlijke middelen)

Biologisch afbreekbare schoonmaakmiddelen:

• Ossengalzeep (verwijdert vlekken)
• soda (vervanger van chloor)
• groene zeep (allesreiniger en vlekverwijderaar)
• schoonmaakazijn ( ontkalker, ramen wassen, vloeren)

Gevaarsymbolen

bijtend

 Microvezeldoek

Ook wel wonderdoeken genoemd

-Geen schoonmaakmiddel of sopje

-Doekje schraapt het vuil van het oppervlakte

- Wordt veel minder water gebruikt 

- Voordeel geen zware emmer met water

-Vloer kan met microvezel-vlakmop 

Schoonmaakmaterialen

Zeem

trekker/ wisser

dweil/ mop

Ragebol

stofwisser

luiwagen/ schrobbezem

1. zeem
2. trekker
3. mop
4. schrobber

1

2

3

4

5

6

Klaarzetten van de schoonmaakmaterialen.

Doe de juiste dosering van het reinigingsmiddel in de blauwe emmer.

Begin met de pot. Knijp zachtjes in de fles en spuit de toiletreiniger onder de rand en de onderkant van de wc pot.

Borstel vervolgens in de rondte en laat de borstel in de pot staan.

Ondertussen verder gaan met schoonmaken: spiegel en wasbak, wc rolhouder, wandtegels en deurklink. 

Het schoonmaakdoekje naar behoefte tussentijds uitspoelen.

Als laatste de wc schoonmaken. De toiletreiniger heeft goed kunnen inwerken: de stortbak, wc deksel, wc bril en wc pot daaronder.

Hiernaast zien we het gevarensymbool van...

1. Bijtend (corrosief)
2. Giftig
3. Explosief
4. Mileu gevaarlijk

Hiernaast zien we het gevarensymbool van...

1. Giftig
2. Bijtend (corrosief)
3. Explosief
4. Licht ontvlambaar

Wat is de betekenis van dit gevarensymbool?

1. explosief
2. schadelijk
3. toxisch (giftig)
4. milieugevaarlijk

Hiernaast zien we het gevarensymbool van...

1. Bijtend (corrosief)
2. Giftig
3. Milieugevaarlijk
4. Irriterend (schadelijk)

Sanitair

• badkamer, douche, toilet, wastafel

Wat is dagelijks onderhoud sanitair?

1. badkamer
2. woonkamer
3. vloer
4. toilet

Wat is ergonomisch werken?

Ergonomische werkhouding

Verbale en Non-verbale communicatie

 Verbale en non-verbale communicatie. 

Verbale communicatie:

Gesproken woord

Geschreven woord

Non verbale communicatie:

Lichaamshouding

Gezichtsuitdrukking