3.2 - Genenparen (A4)

Thema 3 - Genetica
Atheneum 4
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with text slides.

Items in this lesson

Thema 3 - Genetica
Atheneum 4

Slide 1 - Slide

Thema 3 - Genetica
3.1 - Fenotype of genotype
3.2 - Geneparen
3.3 - Monohybride kruisingen
3.4 - Geslachtschromosomen
3.5 - Dihybride kruisingen
3.6 - Speciale manieren van overerven
3.7 - Opvoeding of aanleg

Slide 2 - Slide

Thema 3 - Genetica
3.1 - Fenotype of genotype
Herhaling

Slide 3 - Slide

Thema 3 - Genetica
3.2 - Genenparen

Slide 4 - Slide

Doelen van deze paragraaf
Je kunt uitleggen hoe het fenotype van een organisme tot stand komt
Je kunt de begrippen homozygoot, heterozygoot, dominant en recessief correct toepassen
Je kunt omschrijven wat recombinatie inhoudt

Slide 5 - Slide

Homozygoot en heterozygoot
Locus = plaats van een gen in een chromosoom
Gelijk in homologe chromosomen
Homo = hetzelfde / Hetero = anders

Slide 6 - Slide

Dominant en recessief
Dominant = sterk
Bij aanwezigheid altijd tot uiting

Recessief = 'zwak'
Komt alleen tot uiting als het op beide chromosomen ligt

Slide 7 - Slide

Dominant en recessief
Soms komt recessief een beetje tot uiting (oogkleur)
 bruin = Onvolledig dominant

Slide 8 - Slide

Dominant en recessief
Twee even sterke allelen -> intermediair fenotype (mengvorm)

Slide 9 - Slide

Dominant en recessief
Codominantie - beide dominante allelen (voor verschillende fenotype) komen tot uiting
Bloedgroepen - 
Twee keer allel voor A = A
Twee keer allel voor B = B
Allel voor A en voor B = AB

Slide 10 - Slide

Genen weergeven
Weergegeven in letters (groot voor dominant, klein voor recessief)

Aa = heterozygoot
AA = homozygoot dominant
aa = heterozygoot dominant

Slide 11 - Slide

Genen weergeven
Codominantie en intermediair anders weergegeven:


Slide 12 - Slide

Recombinatie
Alle chromosomensetjes opnieuw verdeeld
Andere combinatie van allelen dan beide ouders

Volledig door toeval bepaald
2^23 (n=23) combinaties mogelijk bij mensen

Slide 13 - Slide

Mogelijke verschillende genotypen bij recombinatie.
Mogelijke verschillende genotypen bij recombinatie.

Slide 14 - Slide

Recombinatie tijdens meiose

Slide 15 - Slide

Mutatie
Willekeurige verandering in allel -> normaal geen probleem

Bij meiose kan blijvend effect hebben
Toeval

Slide 16 - Slide

Tweelingen
Eeneiig: uit 1 eicel
Twee-eiig: uit twee eicellen

Slide 17 - Slide

Vragen

Slide 18 - Slide

Aan het werk
Maken: 
11 t/m, 15
Lezen: 3.3
Begrippen:
Homozygoot
Heterozygoot
Dominant allel
Recessief allel
Drager
Onvolledig dominant
Intermediair
Codominantie
Genetica
Recombinatie
Genetische variatie
Doelen:
Je kunt uitleggen hoe het fenotype van een organisme tot stand komt
Je kunt de begrippen homozygoot, heterozygoot, dominant en recessief correct toepassen
Je kunt omschrijven wat recombinatie inhoudt

Slide 19 - Slide