Klas 2D 10/12/22

English 2D
10/02/22
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

English 2D
10/02/22

Slide 1 - Slide

JE BENT NIET ZIELIG :)

Slide 2 - Slide

VOCABULARY 
Assignment 1:

a. duidelijk / natuurlijk
b. gehecht zijn aan / vast zitten aan
c. berg
d. zich nestelen

Slide 3 - Slide

VOCABULARY 
Assignment 2:

a. personality trait
b. obstacle course
c. to bully
d. to stroll (wandelen = fout!)

Slide 4 - Slide

VOCABULARY 
Assignment 3:

a. to gossip (1p) / roddelen (0.5)
b. extrovert (sociable goed gerekend, gezellig niet, wel goed: een gezellig persoon)
c. afraid

Slide 5 - Slide

VOCABULARY 
Assignment 4:

a. spend the night
b. proud
c. city trip
d. behaviour
e. enchanting

Slide 6 - Slide

VOCABULARY 
Assignment 5:

a. confident / sociable / talkative / rude 
b. relaxed / calm 
c. luxury / rich (richdom is fout want dat is geen woord)

Slide 7 - Slide

GRAMMAR
Assignment 1:

1P: Het belangrijk is wanneer het is gebeurd

1P: voorbeeld, zoals planned of een zin als 
"I ordered pizza yesterday"

Slide 8 - Slide

GRAMMAR
Assignment 2:

a. liked
b. snowed
c. travelled
d. married
e. planned

Slide 9 - Slide

GRAMMAR
Assignment 3:
a. an amazing experience
b. a new car
c. an elephant 
d. an hour (uitzondering)
e. the restaurant his mom talked about (specifiek)
f. a cute bird

Slide 10 - Slide

GRAMMAR 4
1P: an is fout

0,5P: lovely begint met een l
1P: lovely begint met een l en dat is een medeklinker

Slide 11 - Slide

GRAMMAR 5
Meest voorkomende fouten: 
- Past simple foutief (-0,5p)
- woord uit woordenlijst (of dat je echt zou moeten kennen) foutief (-0,5p)
- Niet voldaan aan eisen van de opdracht (basis 4P niet behaald)
- where verwarren met were (-0,5) 
- verkeerde voorzetsels (-0,5)
- their / there door elkaar halen (-0,5)
LET OP: Niet alle markeringen zijn aftrek, pas als er 0,5 staat is het aftrek.

Slide 12 - Slide