K4 regelmatige werkwoorden

Regelmatige werkwoorden
1 / 20
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Regelmatige werkwoorden

Slide 1 - Slide

Lesdoel 
Aan het eind van de les kun je het regelmatige werkwoord vervoegen.


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

LET OP
Als de stam van een werkwoord op een -s klank eindigt, krijg je bij de 
du-vorm geen -st, maar alleen een -t.
du heißt - du reist

Slide 7 - Slide

Hoe ver ben ik?
A
Ik snap alles.
B
Ik snap het een beetje.
C
Ik snap het niet.

Slide 8 - Quiz

machen
Warum ... er das
A
machen
B
macht
C
mache
D
machst

Slide 9 - Quiz

lieben
... du deine Freundin?
A
liebe
B
lieben
C
liebt
D
liebst

Slide 10 - Quiz

heißen
Ihr ... Sandra und Felix.
A
heißen
B
heißt
C
heißst
D
heiße

Slide 11 - Quiz

lieben
Warum ... er Fußball so sehr?
A
liebt
B
liebe
C
lieben
D
liebst

Slide 12 - Quiz

wohnen
Am besten ... man in Australien.
A
wohnen
B
wohne
C
wohnst
D
wohnt

Slide 13 - Quiz

Hoe ver ben ik?
A
Ik snap alles.
B
Ik snap het een beetje.
C
Ik snap het niet.

Slide 14 - Quiz

machen
Peter, ... du das Fenster zu?

Slide 15 - Open question

wohnen
... du nicht bei mehr bei deinen Eltern?

Slide 16 - Open question

reisen
Wir ... nächstes Jahr nach Japan.

Slide 17 - Open question

schicken
Tina ... ihrer Familie eine Karte.

Slide 18 - Open question

heißen
Er ... doch Tim?

Slide 19 - Open question

Hoe ver ben ik?
A
Ik snap alles.
B
Ik snap het een beetje.
C
Ik snap het niet.

Slide 20 - Quiz