This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
2.2 Botten bewegen
Herhaling 2.1
Uitleg 2.2
Slide 1 - Slide
Schedel
Onderkaak
Sleutelbeen
Borstbeen
Ribben
Opperarmbeen
Wervelkolom
Heupbeen
Ellepijp
Spaakbeen
Handwortelbeentjes
Middenhandsbeentjes
Vingerkootjes
Dijbeen
Knieschijf
Voetwortelbeentjes
Teenkootjes
Scheenbeen
Kuitbeen
Slide 2 - Drag question
Hoeveel kootjes zitten er in 1 duim?
A
0
B
1
C
2
D
3
Slide 3 - Quiz
Welke stof verdwijnt er uit een bot als ik het verbrand?
Slide 4 - Open question
Een kat is een:
A
Topganger
B
Teenganger
C
Zoolganger
Slide 5 - Quiz
Beenverbindingen
Geen beweging mogelijk
Geen beweging mogelijk
Beweging mogelijk
Meeste beweging mogelijk
Slide 6 - Slide
Welke beenverbinding is het meest bewegelijk?
Slide 7 - Open question
Welke beenverbindingen zijn niet bewegelijk?
Slide 8 - Open question
Gewrichten
Veel beweging mogelijk
Kraakbeen voorkomt slijtage
Gewrichtskapsel houdt beide botten op hun plek
Soms extra versteviging door gewrichtsbanden
Slide 9 - Slide
Welk gewricht is extra beschermd door gewrichtsbanden?
Slide 10 - Open question
Soorten gewrichten
Kogelgewricht
Alle kanten op
Scharniergewricht
Op en neer (deur)
Rolgewricht
Ellepijp en spaakbeen draaien om elkaar heen
Zadelgewricht
Duim kan 2 kanten op bewegen
Eivormig gewricht
Trommelen vingers, klein beetje heen en weer
Slide 11 - Slide
Hoe noem je het gewricht in de enkel?
Slide 12 - Open question
Je ziet in de afbeelding een gewricht.
Wat voor soort gewricht is dit en welke welke beweging is mogelijk in dat gewricht.
Slide 13 - Open question
Bij de pijl zie je een gewricht. Daar bevinden zich 2 soorten gewrichten. a) Noteer de 2 SOORTEN gewrichten (2p) b) Schrijf per soort gewricht op welke beweging mogelijk is in dat gewricht. (2p)
Slide 14 - Open question
wat voor soort gewricht hoort er bij P? Welke 2 botten zitten er in dit gewricht aan elkaar? (2p)