Uit Hamlet, Shakespeare
Horatio: Gegroet, prins.
Hamlet (omhelst hem): Blij u gezond en wel te zien.
Horatio, of ik moet me vergissen.
Horatio: Hij is het, heer, als steeds uw arme dienaar.
Hamlet: Die naam, mijn goede vriend, ruil ik graag met je.
En wat kom je doen uit Wittenberg, Horatio? --
Horatio: Ik spijbel nu eenmaal graag, mijn waarde heer.
Hamlet: Ik zou het niet nemen als je vijand het zei,
Jij bent geen spijbelaar.
Maar wat heb je te zoeken in Elseneur?
Je gaat niet weg voor je hebt leren drinken.