les 14-11

Welcome
English
Miss van Eeden
English
Miss van Eeden
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EnglishMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welcome
English
Miss van Eeden
English
Miss van Eeden

Slide 1 - Slide

Today's lesson
Aan het eind van de les heb je de past perfect herhaald en ermee geoefend.

Slide 2 - Slide

Wie weet...

Wanneer je de past perfect gebruikt

Slide 3 - Slide

Je gebruikt de past perfect (had + voltooid deelwoord) wanneer je meerdere momenten in het verleden bespreekt. De past perfect gebruik je dan voor dat wat het langst geleden is en de past simple voor dat wat minder lang geleden heeft plaatsgevonden. 

past perfect = had + voltooid deelwoord

- I had defeated my friend Jimmy (het langst geleden = past perfect), before his parent arrived (minder lang geleden = past simple).

Slide 4 - Slide

Signaalwoorden
die je kunt tegenkomen voor de past perfect zijn bijvoorbeeld: after, before, because, right after, as soon as, when, in 2012.

Slide 5 - Slide

Voorbeeldzinnen
- Right after he had shouted to me, he ran away.
- Before they went to the city, they had finished the game.
- I planned to go on holiday, when I had heard about the cheap ticket prices.
- As soon as we had finished our drinks, we went to school.
- You were surprised, because you had never seen anything like this.

Slide 6 - Slide

Let wel op!
Regelmatige werkwoorden (to live, to work, etc.) krijgen dus -ed erachter als voltooid deelwoord. Belangrijke uitzonderingen zijn:
Werkwoorden die eindigen op -e, krijgen alleen -d erachter:
- to bake: baked
Werkwoorden die eindigen op -c, krijgen -ked erachter:
- to panic: panicked
Werkwoorden die eindigen op -y, met een medeklinker ervoor, krijgen -ied:
- to marry: married
Werkwoorden die kort zijn, één klinker in zich hebben en waarbij maar één klemtoon mogelijk is, schrijf je met een extra laatste medeklinker voor -ed:
- to swap: swapped
Werkwoorden die eindigen op een l, met één klinker ervoor krijgen een extra l:
- to travel: travelled
Regelmatige werkwoorden (to live, to work, etc.) krijgen dus -ed erachter als voltooid deelwoord. 
Belangrijke uitzonderingen zijn:

Werkwoorden die eindigen op -e, krijgen alleen -d erachter:
- to bake: baked
Werkwoorden die eindigen op -c, krijgen -ked erachter:
- to panic: panicked
Werkwoorden die eindigen op -y, met een medeklinker ervoor, krijgen -ied:
- to marry: married
Werkwoorden die kort zijn, één klinker in zich hebben en waarbij maar één klemtoon mogelijk is, schrijf je met een extra laatste medeklinker voor -ed:
- to swap: swapped
Werkwoorden die eindigen op een l, met één klinker ervoor krijgen een extra l:
- to travel: travelled

Slide 7 - Slide

Het voltooid deelwoord van een onregelmatig werkwoord moet je gewoon leren, zoals been (to be) en eaten (to eat). Hieronder zie je een lijstje van de past perfect van een aantal veel voorkomende onregelmatige werkwoorden:
- had been (to be - zijn)
- had bought (to buy - kopen)
- had done (to do - doen)
- had eaten (to eat - eten)
- had felt (to feel - (zich) voelen)
- had got (to get - krijgen)
- had had (to have - hebben)
- had kept (to keep - houden)
- had made (to make - maken)
- had said (to say - zeggen)
- had seen (to see - zien)
- had told (to tell - zeggen)
- had won (to win - winnen)
- had written (to write - schrijven)
Hieronder zie je een lijstje van de past perfect van een aantal veel voorkomende onregelmatige werkwoorden:
- had been (to be - zijn)
- had bought (to buy - kopen)
- had done (to do - doen)
- had eaten (to eat - eten)
- had felt (to feel - (zich) voelen)
- had got (to get - krijgen)
- had had (to have - hebben)
- had kept (to keep - houden)
- had made (to make - maken)
- had said (to say - zeggen)
- had seen (to see - zien)
- had told (to tell - zeggen)
- had won (to win - winnen)
- had written (to write - schrijven)

Slide 8 - Slide

Pak je telefoon, ga naar lessonup en log in

Slide 9 - Slide

Kies de juiste vorm

Slide 10 - Slide

The storm destroyed the sand castle that we built/had built
A
built
B
had built

Slide 11 - Quiz

He had finished/finished his homework before the party started.
A
had finished
B
finished

Slide 12 - Quiz

After she had given/gave the note to the front desk, her son led her outside
A
had given
B
gave

Slide 13 - Quiz

She sat staring at the page she had written/wrote last night in New York.
A
had written
B
wrote

Slide 14 - Quiz

In de volgende zinnen staan fouten, verbeter de zin door de nieuwe zin volledig op te noteren.

Slide 15 - Slide

He won lots of awards by the time he was 16

Slide 16 - Open question

I'm sorry, I tried to phone but you already left

Slide 17 - Open question

By the time he was 14 he had already wrote his first book

Slide 18 - Open question

He had knew where to go because he had already been there before

Slide 19 - Open question

Wat: Maak de opdracht ->
Hulp: de docent
Tijd: 10 minuten
Klaar: verzin zelf 5 zinnen met de past perfect
Uitkomst: Je weet hoe je de past perfect moet maken in een zin

1. She soon (realize) that she (spend) all her money.
2. He (be) tired because he (not eat) anything since the morning.
3. As soon as Jack (eat) his ice-cream he (go) to buy another one.
4. The film already (start) when we (arrive).
5. The police never (find out) where je (hide) the money.
6. I (know) my wife for 5 years before we finally (marry) in 2009. 

Slide 20 - Slide