COM - Reader 2 P2

• Marketing & Communicatie
• MBO
• Studiejaar 1-3

COM - Reader 2 P2

Marketingcommunicatie

2024/2025

Het totaalaanbod van een product/dienst noemen we:

1. De marketingmix
2. De marketingcocktail
3. De marketingtorpedo
4. De marketingbasis

Welke onderdelen komen er terug in de marketingmix?

1. Prijs, Product, Plaats, Promotie, Personeel
2. Patent, Prijs, Product, Precisie, Potentie
3. Prijs, Product, Patent, Populatie, Personeel
4. Patent, Precisie, Potentie, Promotie, Plaats

Welke 'P' is het belangrijkst bij het vak Communicatie?

1. Personeel
2. Promotie
3. Plaats
4. Product

Interne communicatie

Externe communicatie

Marketing-communicatie

Corporate communicatie

Het communiceren met de buitenwereld.

Het communiceren binnen een bedrijf.

Communicatie over het aanbod van het bedrijf.

Communicatie om relaties te onderhouden. 

Wat is het doel van marketingcommunicatie?

1. De kennis van de doelgroep vergroten.
2. De kennis van de doelgroep verkleinen.
3. De attitude van de doelgroep verbeteren.
4. De attitude van de doelgroep beïnvloeden.

Met marketingcommunicatie wil je de attitude van de doelgroep beïnvloeden. Welke 3 fasen horen hierbij?

1. Cognitief, allergie, coöperatie
2. Cognitief, affectief, conatief
3. Coöperatie, affectief, conatief
4. Conatief, allergie, affectief

Cognitieve fase

Affectieve fase

Conatieve fase

De doelgroep krijgt een goed gevoel bij een product/dienst.

De doelgroep komt in actie en koopt het product/dienst.

De doelgroep maakt kennis met het product/dienst.

Op basis van de 3 fasen (cognitief, affectief, conatief) kun je communicatie opsplitsen in 2 soorten:

1. Themacommunicatie en assertieve communicatie
2. Theatrale communicatie en assertieve communicatie
3. Theatrale communicatie en actiecommunicatie
4. Themacommunicatie en actiecommunicatie

Wat is het verschil tussen themacommunicatie en actiecommunicatie?

1. Themacommunicatie gaat over kennis en gevoel. Actie-communicatie gaat over het aansporen tot aankoop.
2. Themacommunicatie gaat over het aansporen tot aankoop. Actiecommunicatie gaat over kennis en gevoel.
3. Themacommunicatie gaat over het aansporen tot aankoop. Actiereclame gaat over kortingen.
4. Themacommunicatie gaat over kortingen. Actiereclame gaat over het vernieuwen van het product.

Welke fasen horen dus bij welke vorm van communicatie?

1. Themacommunicatie hoort bij Cognitief en Affectief. Actiereclame hoort bij Conatief.
2. Het is afhankelijk van je doelgroep welke fase bij welke vorm van communicatie hoort.
3. Actiecommunicatie hoort bij Cognitief en Affectief. Themacommunicatie hoort bij Conatief.
4. Themacommunicatie en actiecommunicatie horen beide bij alle drie de fasen.

Themareclame

Actiereclame 

Wat bedoelen we met 'geïntegreerde marketingcommunicatie'?

1. De samenhang van de communicatiemix.
2. De originaliteit van de communicatiemix.
3. De offerte van de communicatiemix.
4. De toetsing van de communicatiemix.

Een doelgroep is die groep mensen die het bedrijf wil bereiken met hun product/dienst.
Welke 2 subdoelgroepen kun je onderscheiden?

1. Marketingdoelgroep en centrale doelgroep
2. Mediadoelgroep en communicatie-doelgroep
3. Marketingdoelgroep en communicatie-doelgroep
4. Mediadoelgroep en centrale doelgroep

Wat is het verschil tussen een marketingdoelgroep en een communicatiedoelgroep?

1. De marketingdoelgroep is aan wie het bedrijf wil verkopen. De communicatiedoelgroep is met wie het bedrijf communiceert.
2. De communicatiedoelgroep is aan wie het bedrijf wil verkopen. De marketingdoelgroep is met wie het bedrijf communiceert.
3. Het verschil tussen de marketingdoelgroep en de communicatiedoelgroep hangt af van het product/dienst.
4. De marketingdoelgroep en de communicatiedoelgroep zijn hetzelfde. De woorden zijn synoniemen.

Bij welk item is er een duidelijk verschil tussen de marketingdoelgroep en de communicatiedoelgroep?

1. Kinderspeelgoed
2. Kleding voor volwassenen
3. Shampoo voor krullend haar
4. Mannenparfum

Een [...1...] geeft aan op welke manier een bedrijf de gekozen [...2...] wil bereiken.

1. 1 - marketingstrategie 2 - marketingdoelstelling
2. 1 - marketingdoelstelling 2 - marketingcommunicatie
3. 1 - marketingcommunicatie 2 - marketingstrategie
4. 1 - marketingdoelstelling 2 - marketingdoelgroep

Waarom is het belangrijk voor een bedrijf om marketingdoelstellingen en bijbehorende marketingstrategieën duidelijk te hebben?

1. Omdat de strategie bepaald welke doelen het bedrijf moet behalen.
2. Omdat de concurrentie dan precies weet wat ze te wachten staat.
3. Omdat de doelgroep dan kan bepalen of ze het product/dienst willen aanschaffen.
4. Omdat de strategie bepaald hoe de marketinginstrumenten ingevuld gaan worden.

Een bedrijf heeft zich gepositioneerd op het moment dat...

1. Het aanbod van het bedrijf aansluit bij het aanbod van de concurrenten.
2. Het aanbod van het bedrijf op een onderscheidende manier aansluit bij de doelgroep.
3. Het aanbod van het bedrijf overeenkomt met de trends en ontwikkelingen in de samenleving.
4. Het aanbod van het bedrijf erkent is door de branchevereniging en hier goedkeuring voor heeft gegeven.

C2B

B2B

C2C

B2C

Communicatie tussen bedrijven. 

Communicatie vanuit een bedrijf naar de klant.

Communicatie vanuit de klant naar een bedrijf.

Communicatie tussen klanten onderling. 

Monomediale communicatie

Multichannel communicatie

Crosschanel communicatie 

Omnichannel communicatie

De meeste bedrijven hebben een corporate story. Het verhaal dat een bedrijf over haarzelf vertelt. Wat wordt vaak nog meer in verwerkt?

1. Missie en visie
2. Missie en mission statement
3. Mission statement en strategische kloof
4. Visie en strategische kloof

missie

strategische kloof/gap

visie

ist/soll-situatie

Het doel van de organisatie.

Hoe het bedrijf de toekomst ziet.

Het verschil tussen de doelstelling en de uiteindelijke resultaten.

De situatie zoals hij is vs. hoe hij zou moeten zijn. 

De identiteit van een bedrijf heet de 'corporate identity'. Deze corporate identity bestaat uit 3 onderdelen die samen de 'corporate identity mix' vormen. Welke 3 onderdelen zijn dit?

1. Gedrag, communicatie, symboliek
2. Gedrag, imago, visie
3. Imago, missie, visie
4. Communicatie, symboliek, missie

Eén merknaam en één visuele identiteit.

Ieder product heeft een eigen merknaam maar de identiteit van het moederbedrijf blijft zichtbaar.

Ieder merk heeft een eigen identiteit. De identiteit van het moederbedrijf is niet zichtbaar.

Wat is het verschil tussen de identiteit van een bedrijf en het imago van een bedrijf?

1. De identiteit is hoe de concurrentie het bedrijf ziet. Het imago is hoe de doelgroep het bedrijf ziet.
2. De identiteit is hoe een bedrijf zichzelf ziet. Het imago is hoe de buitenwereld het bedrijf ziet.
3. Het imago is hoe een bedrijf zichzelf ziet. De identiteit is hoe de buitenwereld het bedrijf ziet.
4. Het imago is hoe de concurrentie het bedrijf ziet. De identiteit is hoe de doelgroep het bedrijf ziet.

Het opbouwen van een goed imago is van groot belang voor een bedrijf. Ook moet een bedrijf rekening houden met 'imagoniveaus'. Wat zijn dit?

1. Imago's van derden zoals landen, branches, en gebruikers
2. Verschillende niveaus waarbinnen een bedrijf kan stijgen/zakken
3. Interne imago's van personeel, afdelingen en leveranciers
4. Imagoniveaus bestaan niet

Om naamsbekendheid te creëren, moet een bedrijf zorgen dat het onderscheidend en uniek is. Dit heet (...) of (...).

1. positionering - branding
2. positionering - marketing
3. marketing - branding
4. branding - strategie

Tweezijdige positionering

Uitvoerings-positionering

Informationele positionering

Transformationele positionering

Benadrukt de functionele en praktische voordelen.

Richt zich op de emotionele voordelen en de beleving.

Combineert zowel functionele als emotionele voordelen.

Focust op de creatieve presentatie en de visuele aantrekkelijkheid. 

Het onderhouden van relaties met publieksgroepen noemen we...

1. Relatiemarketing
2. Relatiemanagement
3. Relatiecommunicatie
4. Relatiesegmentatie

Doelgroep

Persona

Publieksgroep

Stakeholder

Actor

Brede groep mensen met algemene interesse in een bedrijf.

Specifieke groep/individu met direct belang bij het succes van een organisatie.

Specifieke groep/individu die een actieve rol speelt en belang heeft bij het succes v/d organisatie

Segmenten van het publiek die de organisatie wil bereiken met haar producten/campagnes.

Gedetailleerde, fictieve beschrijving van een ideale klant gebaseerd op onderzoek.