This lesson contains 15 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
De Gouden Eeuw
1.5 Knappe koppen
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
1. Leerdoelen terugkoppeling
2. Leerdoelen
3. Theorie
4. Aan de slag
5. Leerdoelen nabespreken
Slide 2 - Slide
Leerdoelen terugkoppeling
1. Waarom vinden we schilderijen uit de Gouden Eeuw nog steeds mooi?
2. Je weet twee verschillen te noemen tussen de kunst uit de Middeleeuwen en kunst uit de Gouden Eeuw
Slide 3 - Slide
Leerdoelen
1. Je weet waarom er zoveel knappe koppen naar de Republiek kwamen.
2. Je weet twee knappe koppen te noemen en waarom ze zo beroemd zijn geworden.
Slide 4 - Slide
Toetsmoment
Wat?
Repetitie H1 De Gouden Eeuw
Wanneer?
volgende week
Leren?
Aantekeningen en paragraaf 1.1 t/m 1.5.
Slide 5 - Slide
Theorie
In de Republiek woonden mensen uit alle windstreken. Mensen met verschillende gewoontes, gebruiken en ideeen. Deze kwamen allemaal naar de Republiek (Amsterdam) omdat .. ?
Slide 6 - Slide
Theorie
Opschrijven:
In de Republiek woonden veel geleerden omdat ze mochten denken en schrijven wat ze wilden.
Slide 7 - Slide
Theorie
Er werd nog wel eens een boek door de Kerk verboden maar dit gebeurde niet veel.
Hierdoor kwamen allemaal 'knappe koppen' naar de Republiek. Ons eerste voorbeeld is Baruch Spinoza.
Opschrijven:
Baruch Spinoza was Joods en schreef over o.a. godsdienst en tolerantie.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
De Republiek
In de Republiek was er vrijheid en daarom was het mogelijk dat er onderzoek werd gedaan.
Universiteit leiden is al erg oud.
Hugo de Groot (Mare Liberum)
Christiaan Huygens
Baruch de Spinoza
Slide 10 - Slide
Theorie
Niet alleen kwamen deze knappe koppen uit het buitenland maar ook uit de Republiek zelf. Zo waren er bijvoorbeeld Christiaan Huygens en Joan Blaeu.
Opschrijven:
Christiaan Huygens studeerde wiskunde en sterrenkunde. Ook vond hij het slingeruurwerk uit. Nu kon iedereen klok kijken.
Joan Blaeu werd beroemd als kaartenmaker.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Theorie
Maar de meest bekende is misschien toch Hugo de Groot. Hij was een wonderkind en ging met elf jaar al naar de universiteit!
Opschrijven:
Hugo de Groot was schrijver, filosoof en politicus en ontsnapte in een boekenkast uit kasteel Loevestein.
Slide 13 - Slide
Aan de slag
1. Pak je werkboek en maak de opdrachten van paragraaf 1.5
2. Alvast beginnen met samenvattingen maken voor de toets.
Slide 14 - Slide
Leerdoelen nabespreken
1. Je weet waarom er zoveel knappe koppen naar de Republiek kwamen.
2. Je weet twee knappe koppen te noemen en waarom ze zo beroemd zijn geworden.