repetir el año pasado

• Spaans
• Basisschool
• Groep 7,8

Hoeveel mensen spreken Spaans wereldwijd?

Hoe zeg je 'goedemorgen'
in het Spaans?

Cuánto es:

cuarenta

cuatro

catorce

veinticuatro

dos más dos

doce más doce

Hoeveel officiële talen
kent het Spaans?

Hoe vertaal je:
buenas tardes

Cuánto es:

treinta

cuarenta

cinco

veinte

diez más diez

quice más quince

Cuánto es:

cien

setenta

noventa

ochenta

diez más sesenta

ochenta más veinte

Hoe vertaal je:
yo

1. hij
2. ik
3. zij
4. jij

Hoe vertaal je:
yo soy

1. hij is
2. zij is
3. ik ben
4. jij bent

Hoe vertaal je:
yo tengo 9 años

1. hij is 9 jaar
2. zij is 9 jaar
3. jij bent 9 jaar
4. ik ben 9 jaar

Hoe vertaal je:
él se llama

1. hij heet
2. ik heet
3. zij heet
4. jij heet

Hoe vertaal je:
ella es

1. hij is
2. ik ben
3. zij is
4. jij bent

Hoe vertaal je:
él tiene

1. hij heet
2. ik heet
3. zij heeft
4. hij heeft

Hoe vertaal je:
tú tienes diez años

1. zij heeft
2. jij bent
3. jij hebt 10 jaar
4. jij bent 10 jaar

wat hoort bij elkaar?

el

la

los

las

wat hoort bij elkaar?

el

él

hij

de / het

hoe vertaal je
'hay'

Hoe vertaal je:
amarillo

1. groen
2. geel
3. blauw
4. rood

Hoe vertaal je:
verde

1. groen
2. blauw
3. geel
4. rood

Hoe vertaal je:
naranja

1. bruin
2. blauw
3. wit
4. oranje

Hoe vertaal je:
marrón

1. bruin
2. blauw
3. wit
4. oranje

¿Qué hora es?

¿Qué hora es?

¿Qué hora es?

¿Qué hora es?

¿Qué hora es?

el gato

1. 
2. 

el toro

1. 
2. 

la rana

1. 
2. 

la araña

1. 
2. 

Wat is het meervoud van
'es'

1. soy
2. son