Trappen van vergelijking

trappen van vergelijking
1 / 13
next
Slide 1: Mind map
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

trappen van vergelijking

Slide 1 - Mind map

This item has no instructions

Leg eens uit...

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leg eens uit...

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Koen woont even ver van school ...
timer
0:15
A
als ik
B
dan ik
C
als mij
D
dan mij

Slide 4 - Quiz

Koen woont even ver van school als ik (woon).
Maikel kan ... lopen dan ... .
timer
0:15
A
even snel, zij
B
even snel, haar
C
sneller, zij
D
sneller, haar

Slide 5 - Quiz

Maikel kan sneller lopen dan zij kan.
Haar kinderen zijn ... als ... .
timer
0:15
A
net zo oud, hun
B
net zo oud, zij
C
ouder, hun
D
ouder, zij

Slide 6 - Quiz

Haar kinderen zijn net zo oud als zij (zijn).
Noteer de overtreffende trap van 'chaotisch'.
timer
0:15

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Welke vergrotende trap hoort bij 'braafst'?
timer
0:15

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Noteer de stellende trap van 'minst'.
timer
0:15

Slide 9 - Open question

This item has no instructions


Bijzondere rijtje...
Vul aan: stupide - stupider - ...

Slide 10 - Open question

Als het bijvoeglijk naamwoord eindigt op een stomme e, komt er in de vergrotende trap alleen een r achter; de overtreffende trap wordt dan meestal omschreven met meest.

Moeilijk rijtje...
Vul aan: Chic - chiquer - ...

Slide 11 - Open question

This item has no instructions


Lees de zinnen a en b.
a. Wiskunde is makkelijker als je denkt.
b. Wiskunde is makkelijker dan je denkt.
Leg het verschil in betekenis uit tussen beide zinnen.

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Ik kan de trappen van vergelijking goed gebruiken in combinatie met als en dan.
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

This item has no instructions