What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Unit 2 Writing les 2
De dagen en maanden in het Engels
Ik ken de tweede vorm van de persoonlijke voornaamwoorden
Ik weet wanneer ik de persoonlijke voornaamwoorden uit het eerste en het tweede rijtje moet gebruiken.
Persoonlijke voornaamwoorden
Klassikaal opdr. 10 blz. 74. Daarna zelf opdr. 11, 5 en 6
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Engels
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
De dagen en maanden in het Engels
Ik ken de tweede vorm van de persoonlijke voornaamwoorden
Ik weet wanneer ik de persoonlijke voornaamwoorden uit het eerste en het tweede rijtje moet gebruiken.
Persoonlijke voornaamwoorden
Klassikaal opdr. 10 blz. 74. Daarna zelf opdr. 11, 5 en 6
Slide 1 - Slide
Ff checken
Op welke dag ben jij jarig?
Slide 2 - Slide
Lesdoelen
Ik ken de tweede vorm van de persoonlijke voornaamwoorden
Ik weet wanneer ik de persoonlijke voornaamwoorden uit het eerste en het tweede rijtje moet gebruiken.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Persoonlijke voornaamwoorden
Wat doe je hier ook alweer mee?
Je wijst een persoon aan
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Voorbeelden in zinnen
I
am walking to school today. Do you want to walk with
me
?
Ik
loop vandaag naar school. Wil jij met
mij
meelopen?
We
are going to have lunch. Would you like to join
us
?
Wij
gaan lunchen. Heb je zin om met
ons
mee te gaan?
Slide 7 - Slide
1
Slide 8 - Video
01:40
Het eerste rijtje kennen jullie dus al!
Slide 9 - Slide
In het filmpje is het verschil uitgelegd tussen het eerste en het tweede rijtje.
Heeft iemand hier vragen over?
Slide 10 - Slide
Vul aan:
___ (ik) am 12 years old.
A
You
B
He
C
They
D
I
Slide 11 - Quiz
Vul aan:
My friends are always nice to ___ (hen).
A
you
B
us
C
them
D
me
Slide 12 - Quiz
Vul aan:
___ (zij) is late for school.
A
They
B
She
C
He
D
It
Slide 13 - Quiz
Vul aan:
___ (hij) is taller than ___ (mij).
A
he / me
B
we / I
C
she / him
D
you / us
Slide 14 - Quiz
Are ___ (we) going to play soccer with ___ (haar)?
A
you / him
B
we / her
C
I / it
D
they / us
Slide 15 - Quiz
Aan het werk!
Klassikaal opdr. 10 blz. 74.
Daarna zelf opdr. 11, 5 en 6
Klaar? Nakijken met keys
Slide 16 - Slide
Hebben we alle doelen behaald?
Ik ken de tweede vorm van de persoonlijke voornaamwoorden
Ik weet wanneer ik de persoonlijke voornaamwoorden uit het eerste en het tweede rijtje moet gebruiken.
Slide 17 - Slide
More lessons like this
KGT Unit 1 Listening les 2
August 2021
- Lesson with
15 slides
Engels
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
KGT Unit 1 Listening les 3
September 2021
- Lesson with
11 slides
Engels
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Present simple/ vragende voornaamwoorden/persoonlijke voornaamwoorden
19 days ago
- Lesson with
47 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
BB Unit 1 Listening les 2
August 2021
- Lesson with
11 slides
Engels
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
BB Unit 1 Listening les 3
September 2021
- Lesson with
11 slides
Engels
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Werkwoorden op -er (bron C, ch 1)
September 2020
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Personal pronouns (2)
December 2022
- Lesson with
14 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1
Personal pronouns
April 2023
- Lesson with
13 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1