Unite 2 H3 apprendre 1 t/m 5

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Bonjour H3

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?

• pratiquer les mots/les verbes pour le so
• page 71 et 72
• révision de tes devoirs
  
  

wat is het woord voeren in het Frans?

1. paroles, paroles
2. pris la parole
3. prend la parole
4. prendre la parole

vertaal kiezen (werkwoord)

1. les dents
2. choisir
3. la formation
4. oisir

vertaal déménager

1. verhuizen
2. reddend zwemmen
3. onderdompelen
4. verbouwen

vertaal spellen

vertaal: jullie kunnen

1. vous pouviez
2. vous pouvez
3. on peut
4. tu peux

vertaal la compréhension

de futur maak je meestal door de infinitief van het werkwoord te nemen

1. niet waar
2. wel waar

vertaal jij zult verhuizen

vertaal hij weet (tegenwoordige tijd)

Il (aimer) voyager! zet in de futur

1. aimera
2. aimeria
3. aima
4. aimer

Tu (partir) bientôt en vacances! zet in de futur

1. partais
2. partira
3. partirons
4. partiras

Je (aller) au cinéma (zet in de futur)

1. j'allerai
2. je irai
3. j'irai
4. j'iras