This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Havo Regels voor de activa
Waarderingsgrondslagen
Vaste activa
Vlottende activa
Slide 1 - Slide
Waarderingsgrondslagen
De waarderingsgrondslag: de wijze waarop activa in de externe balans worden gewaardeerd.
Toegestaan voor de vlottende activa is de verkrijgingprijs: de inkoopprijs plus bijkomende kosten: het werkelijk betaalde bedrag → historische aanschafprijs.
Voor de vaste activa is de actuele waarde de andere toegestane waarderingsgrondslag. De actuele waarde is de waarde op het waarderingsmoment → herwaardering
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Open question
Immateriële vaste activa
Activa die je niet kunt zien of aanraken maar wel een waarde hebben.
R&D: kosten van onderzoek en ontwikkeling
concessie: recht om iets te exploiteren (gasveld, 4G-netwerk)
vergunning: recht plaatsing verkoopkraam
licentie: recht om een door een ander bedrijf ontwikkelde toepassing of product te gebruiken en exploiteren.
goodwill: overnameprijs van een onderneming - eigen vermogen (vergoeding voor de goede reputatie van de onderneming)
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Open question
Materiële vaste activa
Gebouwen
Installaties
Machines
Auto's
Inventaris
Grond
Slide 6 - Slide
Financiële vaste activa
Deelnemingen: bij kapitaalverschaffing (aandelen kopen in ander bedrijf) én duurzame band én gericht op eigen werkzaamheden
Vorderingen op groepsmaatschappijen
Effecten (als belegging langer dan een jaar is)
Lening U/g (U/g = uitgegeven geld)
Slide 7 - Slide
5% of meer van de aandelen in bezit: meldingsplicht
> 50% bezit van de aandelen: meerderheidsbelang
< 50% bezit van de aandelen: minderheidsbelang
> 50% zeggenschap of meer dan de helft v.d. bestuurders of commissarisen benoemen = dochtermaatschappij
Slide 8 - Slide
Vlottende activa
voorraden (tegen historische uitgaafprijs)
- gereed product, onderhanden werk, grond- en hulpstoffen
vorderingen
overlopende activa (nog te ontvangen/vooruitbetaalde bedragen)
effecten (tijdelijk overtollig vermogen)
liquide middelen
Slide 9 - Slide
Deelnemingen of effecten?
Slide 10 - Slide
Wat zijn materiële vaste activa?
A
Gebouwen, deelneming en goodwill
B
Gebouwen, inventaris en auto
C
Auto, grond en deelneming
D
Grond, gebouwen en goodwill
Slide 11 - Quiz
Deelnemingen, horen bij de:
A
Vaste activa
B
Vlottende activa
C
Liquiditeiten
Slide 12 - Quiz
Een licentie is:
A
het recht om een bepaald gebied te exploiteren
B
Kosten van product-ontwikkeling
C
De overnameprijs van een bedrijf
D
exploitatie van een door een ander bedrijf ontwikkeld product
Slide 13 - Quiz
Het doel van een deelneming is:
A
Langdurige samenwerking gericht op eigen werkzaamheden