5.3

FOTOSYNTHESE
5.3. Planten voeden zich
1 / 35
next
Slide 1: Slide
Mens & NatuurMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

FOTOSYNTHESE
5.3. Planten voeden zich

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
1. De leerdoelen
2. Voedingsstoffen voor planten
3. Fotosynthese 
4. Andere stoffen en reserve stoffen

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les weten jullie welke voedingsstoffen planten gebruiken en kan je ze benoemen
Aan het einde van deze les weten jullie hoe een plant glucose maakt en hoe dit proces heet
Aan het einde van deze les weten jullie welke andere stoffen een plant nog meer maakt en waar ze reservestoffen opslaan

Slide 3 - Slide

Wat zijn de 4 organen van een plant?

Slide 4 - Open question

Celkern
Vacuole
Bladgroenkorrel
Cytoplasma
Celmembraan
Celwand

Slide 5 - Drag question

Welke voedingsstoffen gebruiken planten?
1. Water, met de wortelharen aan de wortels zuigt de plant water op uit de bodem
2. Mineralen, In het opgenomen water zitten mineralen, zoals ijzer en stikstof. Mineralen zijn meststoffen, de plant heeft ze nodig om te groeien.
3. Koolstofdioxide, via de huidmondjes in het blad haalt de plant koolstofdioxide uit de lucht.

Slide 6 - Slide

Hoe komen planten aan zuurstof?
Huidmondjes.

Gaswisseling bij fotosynthese.
  • CO2 via de huidmondjes naar binnen.
  • Zuurstof via de huidmondjes naar buiten.

Slide 7 - Slide

Hoe maakt een plant glucose?
Glucose is een soort suiker en de belangrijkste voedingsstof die een plant maakt. 
Glucose wordt gemaakt door fotosynthese in de bladgroenkorrels. Glucose wordt vervoerd via de vaten naar andere delen om gebruikt te worden voor energie 

Slide 8 - Slide

Fotosynthese
Fotosynthese vindt plaats:
* In planten
* In de bladgroenkorrel
* In de groene delen van de plant
* Als er licht is

Water + Koolstofdioxide + Zonlicht --> Zuurstof + Glucose

Slide 9 - Slide

Waar vind fotosynthese plaats?
A
celmembraan
B
bladgroenkorrel
C
celwand
D
celkern

Slide 10 - Quiz

Fotosynthese
Nodig voor fotosynthese:
* Koolstofdioxide
* Water
* Licht


Water + Koolstofdioxide + Zonlicht --> Zuurstof + Glucose

Slide 11 - Slide

Hoe komt de plant aan de stof?
(glucose)
Glucose wordt door de plant zelf gemaakt, met fotosynthese.

Koolstofdioxide
+
water
=>
+
licht
Glucose
Zuurstof
+

Slide 12 - Slide

Voor fotosynthese is water nodig.
voor fotosynthese heeft een plant water, koolstofdioxide en licht nodig
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quiz

Wat is ook nodig voor fotosynthese?
voor fotosynthese heeft een plant water, koolstofdioxide en licht nodig
A
lucht
B
warmte
C
licht
D
glucose

Slide 14 - Quiz

Bij fotosynthese ontstaat er
A
koolstofdioxide
B
glucose
C
zuurstof
D
water

Slide 15 - Quiz

Hoe komt de plant aan de stof?
(eiwitten en vetten)
Eiwitten en vetten worden door de plant zelf gemaakt.
Om dit te kunnen maken heeft de plant nodig:
- glucose => maakt de plant zelf met fotosynthese
- mineralen => neemt de plant op uit de bodem

Slide 16 - Slide

Wat doet een plant met zijn glucose

Slide 17 - Slide

Reservestoffen bewaren
Veel planten slaan reservestoffen op in hun wortels. Zodat na de winter in de lente de plant weer kan groeien
Sommige planten hebben speciale organen voor opslag van reservestoffen:
1. Knollen, zijn verdikte wortels of dikke ondergrondse stengels zoals de aardappel
2. Bollen, Bestaan voor het grootste deel uit dikke bladeren, die heel dicht bij elkaar zitten zoals de ui
3. Zaden, zoals maïs en pinda's zitten veel reservestoffen, zetmeel en vetten

Slide 18 - Slide

Wat zijn knollen?
A
zijn verdikte bladeren
B
zijn verdunde bladeren
C
zijn verdikte wortels
D
zijn hele dunne wortels

Slide 19 - Quiz

noem een voorbeeld van een knol en een bol
A
een knol: aardappel een bol: ui
B
een knol: ui een bol: aardappel
C
een knol: ui een bol: prui
D
een knol: aardappel een bol: spruitjes

Slide 20 - Quiz

welke 2 voedingsstoffen slaat de plant vooral op in de zaden?
A
zetmeel en vetten
B
vetten en eiwitten
C
eiwitten en suiker
D
suiker en zetmeel

Slide 21 - Quiz

Hoe goed begrijp je paragraaf 5.3?
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Fotosynthese

Slide 23 - Slide

Vul de formule voor fotosynthese in!
Water
Koolstofdioxide
Glucose
Zuurstof

Slide 24 - Drag question

Fotosynthese kan plaatsvinden in
Fotosynthese kan alleen in de bladgroenkorrel plaatsvinden. Bladgroenkorrels komen alleen in het blad voor, dus in de plant
A
Planten
B
Dieren
C
Bacteriën
D
Schimmels

Slide 25 - Quiz

Bladeren
huidmondjes voor fotosynthese Koolstofioxide kan het blad in, zuurstof het blad uit.

Slide 26 - Slide

Fotosynthese
Zonlicht
Koolstofdioxide
Glucose
Zuurstof
Water

Slide 27 - Drag question

Vindt in gras fotosynthese plaats?
Fotosynthese kan alleen in de bladgroenkorrel plaatsvinden.
De bladgroenkorrel zit in het blad van een plant.
Gras is een plant (hij is groen). Dus vindt er fotosynthese plaats
A
Ja
B
Nee

Slide 28 - Quiz

Bij fotosynthese ontstaat er ....
Koolstofdioxide + water + licht geeft glucose + zuurstof
A
koolstofdioxide
B
verbranding
C
zuurstof
D
water

Slide 29 - Quiz

Bij de fotosynthese ontstaat er glucose, wat is glucose?

Slide 30 - Open question

Wat heb je nodig voor het proces fotosynthese?
Koolstofdioxide + water + licht geeft glucose + zuurstof

Slide 31 - Open question

Waarom is fotosynthese zo belangrijk voor andere organismen?
A
Door de fotosynthese wordt zuurstof verbruikt.
B
Door de fotosynthese komt er nieuwe energie vrij.
C
Door de fotosynthese komt er telkens nieuw voedsel op aarde.

Slide 32 - Quiz

Vindt in een paard fotosynthese plaats?
Fotosynthese kan alleen in de bladgroenkorrel plaatsvinden.
De bladgroenkorrel zit in het blad van een plant.
Een paard is geen plant. Dus vindt er geen fotosynthese plaats
A
Ja
B
Nee

Slide 33 - Quiz

Floortje koopt een bos rozen en zet deze meteen in een vaas voor het raam. Kan er in de bladeren aan de rozentak fotosynthese plaatsvinden? En als Floortje die nacht gaat slapen?
Fotosynthese kan alleen in de bladgroenkorrel plaatsvinden.
Als het licht is. In de nacht is het niet licht dus geen fotosynthese
Overdag is er wel licht dus wel fotosynthese
A
geen van beide
B
alleen overdag
C
alleen in de nacht
D
zowel overdag als 's nachts

Slide 34 - Quiz

Fotosynthese
(met energie wordt zonlicht bedoeld of licht van elektriciteit)
Koolstofdioxide + water + licht geeft glucose + zuurstof
A
koolstofdioxide+water+glucoseenergie+zuurstof
B
koolstofdioxide+glucoseglucose+water+energie
C
energie+koolstofdioxide+waterzuurstof+glucose
D
zuurstof+energie+waterglucose+koostofdioxide

Slide 35 - Quiz