This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 10 min
Items in this lesson
Test je kennis
Fysiologie zenuwstelsel
Slide 1 - Slide
Een ander woord voor een zenuwcel is?
A
Dendriet
B
Impuls
C
Neuron
D
Axon
Slide 2 - Quiz
Zenuwcellen hebben vertakte uitlopers
A
Juist
B
Onjuist
Slide 3 - Quiz
De uitloper van een dendriet is?
A
Kort
B
Lang
Slide 4 - Quiz
Een axon is?
A
Witte mergschede
B
Een lange uitloper van een neuron
C
Grijze stof
D
Een korte uitloper van een neuron
Slide 5 - Quiz
De myelineschede heeft geen isolerende functie
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quiz
Dendriet
Cellichaam
Kern
Slide 7 - Drag question
Axon
Myelineschedel
Synaps
Slide 8 - Drag question
Het zenuwstelsel is onderverdeeld in het centraal zenuwstelsel en het perifeer zenuwstelsel. Welk zenuwstelsel ligt binnen de holte van de schedel?
Slide 9 - Open question
De kleur van de jurk is?
A
Wit en goud
B
Blauw en zwart
Slide 10 - Quiz
Sympatisch zenuwstelsel
Parasympatisch zenuwstelsel
Stimulatie van de hartactiviteit en ademhaling
Opslag reservevoedsel
Bloedvatverwijding in spijsverteringsorgaan
Afgifte adrenaline
Minder energieverbruik
Toename zweetproductie
Slide 11 - Drag question
Organen in ons lichaam zijn: 1. Grote hersenen 3. Ruggenmerg 2. Hersenstam 4. Skeletspieren Op welke plaatsen kunnen we cel lichamen van neuronen aantreffen?
A
Op plaats 1,2,3 en 4
B
Op plaats 2 en 3
C
Op plaats 1,2 en 3
D
Alleen op plaats 1
Slide 12 - Quiz
Als je een geluid waarneemt, komt dat omdat er in een bepaald deel van de hersenen impulsen aankomen. In welk deel van de hersenen is dat?
A
de hersenstam
B
de grote hersenen
C
het ruggenmerg
D
de kleine hersenen
Slide 13 - Quiz
Welke deel van een neuron geleidt impulsen van het cel lichaam af?
A
het celmembraam
B
myelineschede
C
dendriet
D
axon
Slide 14 - Quiz
De kleine hersenen plannen en coördineren bewegingen