1. Met cliënten in welke levensfase (doelgroep) zou jij graag willen werken?
2. Waarom zou jij met deze cliënten willen werken?
3. Met welke doelgroep wil je absoluut niet werken?
4. Waarom zou je niet met deze doelgroep (levensfase) willen werken?
Leg uit waarom iets wel of niet bij je past!
5. Bedenk een activiteit voor jouw doelgroep van ongeveer een half uur.
6. Maak gebruik van een draaiboek (zie boek blz. 273-275 e.) deelopdracht 3.03
Deze opdracht werk je uit in Word.