This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Persoonlijke verzorging
W2
Les 9
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoelen
Aan het einde van de les weet je hoe ons zenuwstelsel in elkaar zit
Aan het einde van de les weet je welke aandoeningen ervoor komen in je zenuwstelsel
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Programma
Terugblik vorige les
Theorie les zenuwstelsel
Zelfstandig werken
Slide 3 - Slide
This item has no instructions
Welke uitscheidingsorganen kennen jullie?
Slide 4 - Mind map
Endeldarm.
Longen.
Huid.
nieren, urineleiders, blaas en urinebuis.
Een blaasontsteking wordt veroorzaakt door een virus?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Niet waar.
Een blaasontsteking wordt door bacteriën veroorzaakt. Vaak gaat het om een bacteriesoort die vooral in de darm leeft, maar ook rond de plasbuis voorkomt. Het gaat meestal om de E. coli-bacterie. Bacteriën komen via de plasbuis de blaas binnen, waar ze zich hechten aan de blaaswand en die gaat ontsteken.
Vrouwen kunnen sneller last krijgen van een blaasontsteking?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Vrouwen hebben vaker een blaasontsteking dan mannen, omdat de plasbuis van vrouwen korter is dan die van mannen.
Theorie les
Pak je aantekeningen/notities erbij
Slide 7 - Slide
This item has no instructions
De functies van het zenuwstelsel zijn:
Coördineren van reacties en werking van organen
Regelen en besturen van basale functies
Contact maken en onderhouden met de buitenwereld
Besturen van de psychische functies
Slide 8 - Slide
Het centrale zenuwstelsel bestaat uit de grote hersenen, de kleine hersenen, de hersenstam en het ruggenmerg. Het perifere zenuwstelsel bestaat uit zenuwen. De zenuwen verbinden het centrale zenuwstelsel met alle delen van het lichaam.
Het zenuwstelsel bestaat uit twee stelsels: - Centrale zenuwstelsel: bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg.
- Perifeer zenuwstelsel: bestaat uit sensorische en motorische zenuwen:
Vanuit het centrale zenuwstelselworden zenuwen aangestuurd om bijvoorbeeld bewegingen aan te zetten.
Het perifere zenuwstelsel zorgt ervoor dat signalen van je zintuigen bij je hersenen terecht komen. Ook zorgt het perifere zenuwstelsel ervoor dat de signalen vanuit je hersenen terecht komen bij je spieren en organen.
Slide 9 - Slide
This item has no instructions
Hersenen bestaat uit een linker en rechterhelft
De hersenstam regelt alle basale lichaamsfuncties.
De tussenhersenen dienen voor de verwerking van binnenkomende informatie
De grote hersenen: stellen ons in staat om bewust na te denken over de informatie die binnenkomt
De kleine hersenen: sturen voortdurend alle boodschappen naar de spiervezels bij.
Slide 10 - Slide
De hersenstam regelt alle basale lichaamsfuncties. Dit zijn de functies die ervoor zorgen dat we in leven blijven, bijvoorbeeld de ademhaling, de bloeddruk, het ritme van de hartslag en de lichaamstemperatuur.
De tussenhersenen kunnen via een soort ‘kaartenbak’ opgeslagen informatie in de hersenen terughalen. Dit gebeurt ook zonder dat we er bewust over hoeven na te denken.
De grote hersenen regelen:
je intelligentie (kennis);
je denkvermogen (cognitie);
je bewuste gedrag (persoonlijk, sociaal-emotioneel handelen).
De kleine hersenen sturen voortdurend alle boodschappen naar de spiervezels bij. Hierdoor kunnen bewegingen vloeiend verlopen
Het ruggenmerg is een dunne streng van zenuwvezels die is omsloten door het wervelkanaal van de wervelkolom.
In het ruggenmerg zit grijze en witte stof.
De grijze stof bestaat uit zenuwcellen: Heeft als functie het verwerken van informatie
De witte stof bestaat uit zenuwbanen: Verzorgt de communicatie tussen de zenuwcellen
Slide 11 - Slide
Via het ruggenmerg kunnen dokteren hersenvocht afnemen om het te onderzoeken.
Perifeer zenuwstelsel
Sensorische zenuwen geven signalen vanuit de zintuigen door aan het centraal zenuwstelsel.
Motorische zenuwen beginnen in het centraal zenuwstelsel en lopen van daaruit naar de spieren. Motorische zenuwen zorgen ervoor dat de spieren een signaal krijgen om de gewenste beweging uit te voeren.
Slide 12 - Slide
This item has no instructions
De bekendste aandoeningen aan het zenuwstelsel
- aangeboren hersenletsel;
- niet-aangeboren hersenletsel (NAH);
- MS;
- ALS;
- Dwarslaesie
Slide 13 - Slide
This item has no instructions
Aangeboren hersenletsel: Stoornissen die tijdens de zwangerschap zijn ontstaan of Infecties met virussen of bacteriën tijdens de zwangerschap of tijdens/na de geboorte.
Niet-aangeboren hersenletsel (NAH) is een verzamelnaam voor alle letsels aan de hersenen die op latere leeftijd zijn ontstaan.
MS: Multiple sclerose: Progressieve aandoening van het centraal zenuwstelsel (ruggenmerg en hersenen), waardoor signalen niet meer goed verwerkt kunnen worden.
ALS: Amyotrofische laterale sclerose: Ziekte waarbij motorische zenuwcellen in het ruggenmerg en onderste deel van de hersenen (hersenstam) afsterven.
Dwarslaesie: Beschadiging van het ruggenmerg, met uitval van motoriek (verlamming) en uitval van gevoel tot gevolg.
Slide 14 - Slide
Aangeboren hersenletsel:-
Verschijnselen bij hersenletsel
motorische stoornissen; Krampen, tremoren en stijfheid
sensorische stoornissen;
Tintelingen, pijn en wazig zien
cognitieve stoornissen; Geheugen- en concentratieproblemen
coördinatiestoornissen: Evenwichtsproblemen en duizeligheid zijn
emotionele/psychische stoornissen: Angst, lusteloosheid en stemmingswisselingen Evenwichtsproblemen en duizeligheid zijn voorbeelden