Lezen: bestudeer blz. 140 t/m 142. Kijk ook goed of je de bronnen/afbeeldingen begrijpt.
Maken: opdrachten 2, 4, 5, 7, 8, 9, 12, 13, 14, 17. Kijk de opdrachten ook na.
Proefje met jodium indicator en zetmeel uitvoeren + resultaten noteren in schrift.
Meenemen naar de volgende les: minimaal 1 bloem (mag dus meer) met een open kroon, bijvoorbeeld een tulp, chrysant, klaproos, brandende liefde, duifkruid of geranium.