Jaarquiz hv 1

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Wat is de functie van het hart?

1. Alle organen voorzien van zuurstof
2. Alle organen voorzien van zuurstof en voedingsstoffen
3. Alle organen voorzien van voedingsstoffen

Organen bestaan uit kleine deeltjes die noemen we:

1. Kiem
2. Zaadlobben
3. Cellen
4. celkern

Wat is een organismen?

1. Levend wezen
2. Een groep organen die samenwerken
3. Hart

Wat is een orgaan?

1. Een orgaan is een deel van een organisme met een of meer functies
2. Een orgaan is een deel van het menselijk lichaam met een of meer functies
3. Groep organen met dezelfde functie
4. Alle antwoorden zijn goed

als een aantal organen samenwerken aan een bepaalde taak, hoe noem je de samenwerkende organen?

1. mensenstelsels
2. orgaanstelsels

Waar bevinden zich de meeste organen?

1. Borstholte
2. Middenrif
3. Buikholte

Welke stelsels zie je?

1. bloedvatenstelsel zenuwstelsel
2. bottenstelsel zenuwstelsel
3. verteringsstelsel spierstelsel
4. je ziet alleen organen

Wat is een weefsel

1. Cellen in verschillende organen met een vorm en functie
2. de cellen in een orgaan
3. Een groep cellen met dezelfde vorm en functie

waar liggen meer organen?

1. Borstholte
2. Buikholte

Welke organen in ons lichaam halen de zuurstof uit de lucht?

1. hart
2. nieren
3. longen
4. darmen

Welke organen horen bij het spierstelsel

1. biceps en triceps
2. buikspieren en hart
3. dijspier en tong
4. hart en biceps

Organen die samenwerken noem je een:

1. weefsel
2. organenstelsel
3. skelet
4. cellen

Organen bestaan uit kleine deeltjes die noemen we:

1. Kiem
2. Zaadlobben
3. Cellen

Welke taak heeft het ademhalingsstelsel?

1. aansturen van organen en spieren
2. fijnmaken van voedsel tot voedingsstoffen
3. opnemen van zuurstof en afgeven van koolstofdioxide
4. vervoeren van bloed

Welke taak heeft het ademhalingsstelsel?

1. Aansturen van organen en spieren
2. Kleinmaken van voedsel tot voedingsstoffen
3. Opnemen van zuurstof en afgeven van koolstofdioxide
4. Vervoeren van zuurstof

Welke stelling is juist?

1. Bijna alle organen zijn opgebouwd uit cellen
2. Alle cellen zien er hetzelfde uit
3. Cellen kun je met het blote oog zien
4. Het celmembraan is een vlies om de cel

Wat is het "cytoplasma"?

1. Het regelcentrum van de cel
2. De vloeistof waarin alle onderdelen van een cel zitten
3. Gel
4. De vloeistof die in organen zit

Kijk goed naar de torso. Wat word er bij 10 aangegeven?

1. De maag
2. De longen
3. De nieren
4. De dikke darm

Uit welke onderdelen bestaat een cel?

Vul het volgende woord in:

Orgaanstelsel - Orgaan - .... - Cel

Zet in de juiste volgorde van klein naar groot:

weefsel - orgaanstelsel- cel- organisme - orgaan

Heeft een dierlijke cel een celkern

1. Ja
2. Nee

hoeveel kernen heeft een cel?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Wat doet de celkern

1. Die zorgt er voor dat de cel niet knap
2. Dat is de vloeistof in de cel
3. Die heeft geen functie
4. Die regelt alles in de cel

Waarvoor dient het oculair van een microscoop?

1. Hier kijk je doorheen
2. Hiermee stel je scherp
3. Hier pak je de microscoop vast
4. Hiermee regel je de hoeveelheid licht

hoe kun je hele kleine onderdelen van een organisme bekijken?

1. blote oog
2. loep
3. microscoop

Aan welk gedeelte pak je de microscoop vast?

1. tafel
2. tubus
3. statief
4. klemmen

Wat zie je,
hoe zie je dat?

1. een aantal cellen, door een microscoop
2. één cel, met het blote oog
3. één cel door een microscoop
4. een aantal cellen, met een vergrootglas (loep)

Waarvoor zitten er objectieven op de microscoop?

1. Voor stevigheid
2. Voor bescherming
3. Voor het vergroten
4. Om een foto te maken

Met welke twee voorwerpen kunnen we vergroten in de biologie?

1. Loep en vergootglas (10x vergroot)
2. Loep en vergrootglas (12x vergroot)
3. Loep en microscoop
4. Alle antwoorden zijn goed

Waarvoor is de revolver?

1. Om mee te schieten.
2. Om te wisselen van lens sterkte
3. Om te wisselen van oculair
4. Om te draaien met de microscoop.

Hoe heet het voorwerp wat je onder de microscoop gaat bekijken?

1. Het preparaat
2. Het dekglas
3. Het voorwerp glas
4. Een blad

Waarmee stel je de microscoop scherp

1. Eerst met de kleine schroef en dan met de grote schroef
2. Alleen met de grote schroef
3. Alleen met de kleine schroef
4. Eerste met de grote schroef en dan met de kleine schroef

Wat doe je met een objectglas?

1. Daar haal je een voorwerp van af om te bekijken.
2. Daar leg je het voorwerp op wat je wilt gaan bekijken.
3. Het objectglas is het gaatje in de tafel van de microscoop.
4. Het objectglas leg je over het voorwerp heen.

Ik wil voor de eerste vergroting scherpstellen met de microscoop.
Waar doe ik dit mee?

1. Niks, je ziet het preparaat meteen scherp
2. Oculair
3. Grote schroef/knop
4. Kleine schroef/knop

Wat teken je bij een schematische tekening?

Je maakt een tekening met alle details...

1. Een schematische tekening
2. Een natuurgetrouwe tekening

Welke tekenregel klopt niet?

1. Teken en schrijf met potlood
2. Benoem de onderdelen van je tekening
3. Kleur je tekening
4. Schrijf een titel boven je tekening

Is deze tekening Schematisch of Natuurgetrouw?

1. Natuurgetrouw
2. Schematisch

1. Deze tekening is schematisch en een lengtedoorsnede
2. Deze tekening is natuurgetrouw en een lengtedoorsnede
3. Deze tekening is natuurgetrouw en een buitenaanzicht
4. Deze tekening is schematisch en een buitenaanzicht

Een natuurgetrouwe tekening heeft de volgende kenmerken

1. kleuren
2. perspectief
3. details
4. schaduw

hoeveel klasse ken je van de gewervelde dieren?

1. 4
2. 5
3. 3
4. 2