Spelling werkwoorden H6: Bijvoeglijk naamwoord van een voltooid deelwoord

Spelling werkwoorden H6: Bijvoeglijk naamwoord van een voltooid deelwoord
Welkom klas 1H,
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Doe je telefoon in de telefoontas.
Stap 2: Pak je boek, schrift en je Chromebook.
Stap 3: Log in bij Lessonup met je eigen naam.
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Spelling werkwoorden H6: Bijvoeglijk naamwoord van een voltooid deelwoord
Welkom klas 1H,
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Doe je telefoon in de telefoontas.
Stap 2: Pak je boek, schrift en je Chromebook.
Stap 3: Log in bij Lessonup met je eigen naam.

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Leerdoel: Ik kan het bijvoeglijk naamwoord van een voltooid deelwoord correct spellen.
Hoe bereik je dit doel?
- Nakijken huiswerk
- Voltooid en onvoltooid deelwoord herhalen
- Uitleg: bijvoeglijk naamwoord van een voltooid deelwoord
- Oefenen bijvoeglijk naamwoord
- Huiswerk vrijdag: Blz. H5 spelling woorden: Bijvoeglijk naamwoord: 1 t/m 3 blz. 154-155
H5 Spelling werkwoorden: Deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord blz. 156+157: 2 t/m 5

Slide 2 - Slide

Nakijken huiswerk
Wat ga je doen? Zelfstandig nakijken huiswerk opdracht 1 en 2. Antwoorden komen in Classroom.
Tijd: Je krijgt 5 minuten om hiermee aan de slag te gaan.
Klaar: Maken: H5 spelling woorden: Bijvoeglijk naamwoord: 1 t/m 3 blz. 154-155

timer
5:00

Slide 3 - Slide

Noteer de juiste vorm van de werkwoorden tussen haakjes: Nog […] (nagenieten) van de film zijn Hamit en Mireille in de tram […] (stappen).

Slide 4 - Open question

Noteer de juiste vorm van de werkwoorden tussen haakjes: De hockeyers hebben het toernooi [...] (winnen) [...] (afronden).

Slide 5 - Open question

Uitleg bijvoeglijke naamwoorden van een voltooid deelwoord
1. Een bijvoeglijk naamwoord is geen persoonsvorm.
2. Is je werkwoord sterk? Pas dan de klank toe.
3. Is je werkwoord zwak? Schrijf hem dan zo kort mogelijk!

Voorbeelden: 
- De gehaaste man.
- Het gevluchte kind

Slide 6 - Slide

Vul de juiste vorm van het werkwoord in: Erica heeft een (breken) pols.

Slide 7 - Open question

Vul de juiste vorm van de werkwoorden in tussen haakjes: Door vrijwilligers werd de (vervuilen) kantine volledig (opruimen).

Slide 8 - Open question

Vul de juiste vorm in van de werkwoorden tussen haakjes: het (verroesten) tuinhek werd vorige week (verwijderen).

Slide 9 - Open question

Aan de slag
Wat ga je doen? H5 spelling woorden: Bijvoeglijk naamwoord: 1 t/m 3 blz. 154-155 & H5 Spelling werkwoorden: Deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord blz. 156+157: 2 t/m 5.
Hoe ga je dat doen? Alleen en in stilte
Hulp: Steek je vinger op voor extra hulp.
Tijd: Tot het einde van de les kun je hiermee aan het werk.
Klaar: Samenvatting maken voor de toets.

Slide 10 - Slide