1.3 ademhalen

1.3 Het ademhalen
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

1.3 Het ademhalen

Slide 1 - Slide

Herhaling: Waarom ga je bij inspanning sneller ademhalen?
A
Voor verbranding is zuurstof nodig.
B
Energie komt vrij bij verbranding.
C
Je hebt veel energie nodig.
D
Er ontstaat bij verbranding veel CO2

Slide 2 - Quiz

Herhaling: Hoe heet de brandstof die ons lichaam gebruikt?

Slide 3 - Open question

Leerdoelen
1. Je kunt de werking van de longblaasjes beschrijven.
 
2.  Je kunt de verschillen noemen tussen ingeademde lucht en uitgeademde lucht.

3.  Je kunt beschrijven hoe een inademing en een uitademing tot stand komen.

Slide 4 - Slide

Hoe vaak haal je adem per dag?
1 min kijken hoe vaak je ademhaalt

(ademhalen in 1 min) x 1440 = hoe vaak je ademhaalt per dag

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Slide

Rondom de longblaasjes zitten de longhaarvaten
  • Rondom de longblaasjes zitten longhaarvaten.
Rondom de longblaasjes zitten de longhaarvaten
Gaswisseling: opname zuurstof en afgifte koolstofdioxide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Zuurstofrijkbloed gaat ons lichaam in
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

In de uitgeademde lucht zit meer zuurstof
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Buikademhaling

Ademhaling waarbij het middenrif en de buikwand bewegen

Middenrif beweegt omlaag
Borstademhaling

Ademhaling waarbij de ribben en het borstbeen bewegen

Slide 13 - Slide

wanneer zijn je longen groter?
A
Als je hebt ingeademd
B
Als je hebt uitgeademd

Slide 14 - Quiz

Escape ticket: Hoe heet het gedeelte van de longen waar de gaswisseling plaatsvindt?

Slide 15 - Open question

Escape ticket: De longen worden groter bij ....
A
inademen
B
uitademen

Slide 16 - Quiz

Inloggen Malmberg
2BK2 klassencode - 970497

Slide 17 - Slide

Bespreken
1.2 
1, 2, 5bc en 6c

Slide 18 - Slide

(Huis)werk
1.3 opdrachten 
1, 3, 4, 5, 6
opdracht 4 hoeven de eerste 2 bolletjes niet

Slide 19 - Slide