Week 18, les 21 Voorraadbeheer (W2) en Veiligheid (W4)

Facility les 21
W2 Informatiebeheer en W4 Veiligheid
1 / 41
next
Slide 1: Slide
FacilityMBOStudiejaar 1

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

Facility les 21
W2 Informatiebeheer en W4 Veiligheid

Slide 1 - Slide

Lesprogramma
08.30 -08.35 uitleg lesprogramma
08.35 - 08.40 Leerdoelen W2 Voorraadbeheer
08.40 - 09.15 Uitleg lesstof hoofdstuk 4.6 (sommen 4.06, 4.07)
09.15 - 09.25 Korte pauze 
09.25 - 10.15 Uitleg lesstof hoofdstuk 4.7 (sommen 4.15 - 4.17)
10.15 - 10.30 Pauze 
10.30 - 10.35 Leerdoelen W4 Veiligheid
10.35 - 11.20 Uitleg 6.7 Arbowet + opdracht 
11.20 - 11.30 Afronden en afspraken maken in Teams

Slide 2 - Slide

Leerdoelen les 14-20 (oud): Verwerken van informatiegegevens (= Werkproces 2) 
  • 4.5 Voorraadindelingen kennen naar de functie in het bedrijfsproces (blz. 126)
  • 4.5 Voorraadindeling naar de theoretische of berekende voorraad (blz. 127)
  • 4.6 Technische en economische voorraad berekenen 

Slide 3 - Slide

Leerdoelen les 18-21 (nieuw): Verwerken van informatiegegevens (= Werkproces 2) 
  • 4.6 Technische en economische voorraad berekenen 
  • 4.7.1 Formule van Camp (verhouding opslag en bestelkosten)
  • 4.7.4 Omzetsnelheid bepalen/berekenen (sommen)

Slide 4 - Slide

4.6 Naar de theoretische of berekende voorraad
  • Economische voorraad = voorraad waarover de onderneming prijsrisico loopt
  • Technische voorraad = werkelijke voorraad
  • Administratieve voorraad = Boekhoudkundige (vastgelegde voorraad)
  • Derving = Administratieve voorraad - werkelijke voorraad

Slide 5 - Slide

Derving
Criminele derving = diefstal
administratieve derving = fout in de administratie

Vraag: geef drie mogelijke oorzaken van administratieve voorraadverschillen die kunnen ontstaan

Slide 6 - Slide

Economische Voorraad (blz 128) berekenen
Technische voorraad 
+ voorinkopen (al besteld, nog niet geleverd)
- voorverkopen (al verkocht, nog niet geleverd)
= economische voorraad 

Maken opdracht 4.06/ 4.07

Slide 7 - Slide

Uitleg via DIGI-bord
4.06 en 4.07

Slide 8 - Slide

pauze = 10 minuten

Slide 9 - Slide

4.7 Manieren om de optimale bestelhoeveelheden te bepalen
Je moet als Facilitair (inkoper) verantwoordelijke altijd een ideale balans vinden tussen:
  • - Bestelkosten
  • - Voorraadkosten
Er zijn verschillende manieren om deze te berekenen:
Formule van Camp/ Tabel en Grafiek (alleen de Formule van Camp  hoef je te kennen/kunnen!)

Slide 10 - Slide

Formule van Camp
  • Q = Wortel  (2 x V x B) / C
  • Q = optimale bestelhoeveelheid
  • V = Afzet op jaarbasis (stuks)
  • B = Bestelkosten per bestelling (euro's)
  • C = Voorraadkosten per product (euro's) 

Slide 11 - Slide

4.7.4 omzetsnelheid
Formule: Omzetsnelheid  = Inkoopwaarde van de omzet (IWO)/ gemiddelde voorraad

IWO = Omzet - Brutowinst 
Omzet = Inkoopwaarde Omzet + brutowinst

oefenen 4.15-4.19 Omzetsnelheid berekenen


I

Slide 12 - Slide

Gemiddelde voorraad berekenen
  1. Op basis van 2 meetmomenten
  2. op basis van meer dan 2 meetmomenten

Methode 1 
voorraad 1/1 = 500
voorraad 31/12 = 750
Gemiddelde voorraad = (500 + 750) / 2  = 625

Slide 13 - Slide

Gemiddelde voorraad berekenen
  • Methode 2 
voorraad 1/1 = 500 stuks
voorraad 1/4 = 450 stuks
voorraad 1/9 = 600 stuks
voorraad 31/12 = 800 stuks
Gemiddelde voorraad = (1/2* 500) + 450 + 600 +(1/2*800 )/ 3  = 
1950/3 650

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Maken opdracht + bespreken
4.15 - 4.19

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Leerdoelen gehaald?
Evaluatie van de eerste gedeelte les

Slide 25 - Slide

Was er voldoende variatie in de les om de doelen te begrijpen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

pauze = 15 minuten

Slide 27 - Slide

Leerdoelen week 11 -oud
Hoe organiseer ik veiligheid in een gebouw (6.6)?
Wat is preventie?
Wat is beroepshouding?
Wat is een rapportage?
Wat is een logboek?
Wat is een RI & E?

Slide 28 - Slide

Leerdoelen week 18 -nieuw
De ARBO-wet(6.7)
Wat is de ARBO-wet?
Waarom is er een ARBO-wet?
Wie bewaakt het toepassen van de ARBO-wet in de organisatie?
Wat heeft preventie met ARBO te maken?

Slide 29 - Slide

6.7 De Arbowet
De Arbeidsomstandigheden wet. 
  • Nederlandse wet bevat regels om de veiligheid, gezondheid en welzijn van medewerkers te bevorderen en te beschermen. 
  • Het toepassen van de Arbowet in een bedrijf = Arbobeleid
  • Het Arbobeleid zorgt voor het voorkomen van ongevallen en door werk veroorzaakte ziekte.  

Slide 30 - Slide

Bedenk in tweetallen 5 werk gerelateerde oorzaken waardoor een werknemer ziek kan worden. (10 minuten)

Slide 31 - Open question

Beschrijf aan de hand van de vijf oorzaken die hebt opgeschreven wat in het Arbobeleid moet zijn opgenomen

Slide 32 - Open question

Veilig werken
Werkgevers en werknemers hebben samen een verplichting om veilig te kunnen werken (organiseren door met name de facilitaire dienst) door :
  • beschermende kleding aan te bieden
  • veiligheidsinstructies bij apparaten
  • onderhoud plegen aan apparatuur en gebouw
  • klimaatomstandigheden verzorgen
  • juiste (gekeurde) apparatuur om te werken
  • werkplekinrichting
  • calamiteitenplan 

Slide 33 - Slide

Gezondheid
Gezondheid is het "welbevinden" van de mens. Hierbij is er geen sprake van ziekte of lichamelijk letsel waardoor werkzaamheden niet kunnen worden uitgevoerd. 
De facilitaire dienst kan dit bevorderen door:
  • Preventie door voorlichting
  • Veilig werken
  • Veilige werkplek
  • checks (RI&E uitvoeren)

Slide 34 - Slide

Welzijn
De werknemer moet een mate van materiele als immateriĂ«le tevredenheid ervaren. De facilitaire dienst kan dit bewerkstelligen door b.v.: 
  • goede - en actuele apparatuur voor de werkplek
  • voldoende diversiteit aanbod catering
  • sport-fitness faciliteiten
  • ontspanningsruimtes (bidden, meditatie)
  • Training en kennis mogelijkheden

 

Slide 35 - Slide

Opdracht 1 (20 minuten)
Maak een tabel met drie kolommen en vul deze kolommen met :
1. de items zie bladzijde 186
2. hoe waardeer je deze aspecten in jouw stagebedrijf/ school 
1 = goed, 2 = voldoende en 3 = slecht
3. Zet in de laatste kolom wat er verbeterd kan worden  

Voorbeeld volgende slide


Slide 36 - Slide

Voorbeeld
Brandveiligheid
1
Schoon gebouw
3
Verbeteren schoonmaak plan
ergonomisch meubilair
3
Instelbare bureaustoelen 
Gebouwveiligheid
3
Achterstallig onderhoud oplossen

Slide 37 - Slide

Opdracht 2
Maak opdracht 6.06

Slide 38 - Slide

Leerdoelen bereikt?

Slide 39 - Slide

Einde les
Afspraken 
Doorlezen 5.7
Doorlezen 6.6.1
Maken op dracht lesson up!

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide