Groepjes van vier:
1. De verhalen worden voorgelezen aan elkaar.
2. Je legt kaartjes met kenmerken bij het verhaal waar dat het meeste bij past. (deze krijg je van de docent)
3. Bespreek waarom je welke kaartjes bij welk verhaal gelegd hebben.
4. Iedereen noteert welke kaartjes bij je eigen verhaal liggen.