This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
bs 1.3 metamorfose
Welkom
Ga rustig zitten volgens de plattegrond
Op je tafel: laptop, etui en biologie schrift
Laptops blijven dicht
Wanneer de les start ben je stil
Spullen op de hoek van je tafel laat je liggen!
Slide 1 - Slide
Thema 3 Ordening
Slide 2 - Slide
Ordening in de biologie
Slide 3 - Mind map
Ordening
Carl Linnaeus
Indeling van soorten organismen
Naamgeving --> Geslacht + soort
Slide 4 - Slide
Aziatische olifant
Elephas maximus
Afrikaanse olifant
Loxodonta afrikana
Slide 5 - Slide
Soorten
Organismen behoren alleen tot dezelfde soort als individuen onderling vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen.
Slide 6 - Slide
Organismen
Bacteriën - ongeveer 7000 soorten
Schimmels en protisten - ongeveer 173.000 soorten
Planten - ongeveer 450.000 soorten
Dieren - ongeveer 1.6 miljoen soorten
Totaal zo'n 2.1 miljoen soorten ontdekt
Naar schatting 8.7 miljoen soorten in totaal op aarde
Slide 7 - Slide
Opdracht: Cuminaculen
Elke cuminacule heeft andere kenmerken, aan de hand van de kenmerken kun je groepen maken. Elke groep bevat dan cuminaculen die mogelijk nauwe familie zijn.
Doen:
Verdeel de cuminaculen in 5 groepen. Beschrijf aan de hand van welke kenmerken je onderscheid hebt gemaakt.
Slide 8 - Slide
Soorten onderscheiden
Organismen kun je onderscheiden door kenmerken
Slide 9 - Slide
Celstructuur
Slide 10 - Slide
Prokaryoot
Bacteriën & archea
- Geen cel kern
- Wel celwand
- Geen bladgroenkorrels
Eukaryoot
Schimmels, planten, dieren
- Wel celkern
- Wel of geen celwand
Wel of geen bladgroenkorrels
Slide 11 - Slide
symmetrie
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
1. Domein
2. Rijk
3. Stam
4. Klasse
5. Orde
6. Familie
7. Geslacht
8. soort
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Slide 14 - Slide
Aan welke andere groep organismen zijn dieren het meest verwant?