DGW vg: T2 B1

2.1 : Organen van dieren
1 / 12
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2.1 : Organen van dieren

Slide 1 - Slide

In deze LessonUp
  • De leerdoelen
  • Wat zijn organen en organenstelsels? 
  • De organen van een mens
  • Interactieve schoolkaart
  • Organenstelsels
  • Organen van andere dieren
  • Ken je het?

Slide 2 - Slide

De leerdoelen
  • Je kunt organen benoemen in een torso en in een dwarsdoorsnede van de romp. (de dwarsdoorsnede staat in je opdrachten)
  • Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren.

Slide 3 - Slide

Wat is een orgaan en wat is een orgaanstelsel?
Op blz. 92 staat uitgelegd wat organen en orgaanstelsels zijn. 

Een orgaan is een deel van een organisme dat een bepaalde taak uitvoert. Voorbeelden hiervan zijn de huid (die beschermt het lichaam), het hart (pompt bloed rond door de bloedvaten).

Een orgaanstelsel is een groep samenwerkende organen die vaak samen een bepaalde taak uitvoeren.

Slide 4 - Slide

De organen van een mens
Je moet de organen in afbeelding 1 uit B1 uit je hoofd weten. 
Je kunt ze bijvoorbeeld oefenen met het plaatje hiernaast. 

Je moet ook kunnen bedenken waar bepaalde organen zitten in een dwarsdoorsnede, zoals in opdracht 5.

Slide 5 - Slide

Interactieve schoolplaat
Op de volgende dia staat een link naar een interactieve schoolplaat. Als je op "start de videotour" klikt, speelt eerst een kort filmpje af met een beetje uitleg. 

Daarna kun je op de blauwe rondjes klikken voor uitleg over een bepaald orgaan. Hier staan ook filmpjes bij. Let op: je hoeft natuurlijk alleen de organen die in je boek staan te weten!

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Organenstelsels
In afbeelding 2 van B1 staan 6 organenstelsels. Deze moet je kennen.
Je moet weten hoe ze heten, welke organen erbij horen (die in het plaatje staan) en wat de functie is.

Slide 8 - Slide

Deze organenstelsels moet je kennen. Weet je hoe ze heten en welke functie ze hebben? Met het plaatje op de volgende dia kun je de organen oefenen.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Organen van dieren
Je moet kunnen bedenken waar de organen van andere dieren zitten. In afbeelding 3 van B1 zie je een hond. Omdat een hond een zoogdier is lijken zijn organen heel erg op die van ons. Als je goed nadenkt kun je bedenken waar welk orgaan zit.

In afbeelding 4 van B1 zie je een sprinkhaan. Haar organen lijken niet op die van ons. Dit plaatje moet je uit hoofd leren. 

Slide 11 - Slide

Ken je het? 
Je kunt op verschillende manieren kijken of je de stof goed kent:
  • Gebruik de flitskaarten in de MAXmethode (via SOM)
  • Maak de Test Jezelf in de MAXmethode (via SOM)
  • Laat jezelf overhoren door iemand. 

  • Kijk of je de leerdoelen hebt behaald, die staan bovenaan de basisstof en op de derde dia van de LessonUp. 

Slide 12 - Slide