5WWE: ontwikkelingspsychologie: herhaling Erikson en Piaget
A
slaperig
B
fit
C
:-)
D
:-(
1 / 56
next
Slide 1: Quiz
Sociale wetenschappenSecundair onderwijs
This lesson contains 56 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
A
slaperig
B
fit
C
:-)
D
:-(
Slide 1 - Quiz
Herhaling theorie van Erikson en Piaget
Slide 2 - Slide
Praktisch
Lesuur 1: Lessonup herhaling Erikson en Piaget met quiz
Lesuur 2: Scoodle herhaling Erikson en Piaget met oefeningen
Afwezigheden worden opgenomen bij de start en op het eind van Lessonup,
Resultaten op Scoodle tellen mee.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Autonomie
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
vlijt, inzet
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
vruchtbaarheid
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Volgens Erikson heeft elke leeftijdsfase zijn specifieke levenstaak. Slaag je er niet in deze taak te volbrengen, dan kan dit een bedreiging vormen voor latere ontwikkeling. Specifiek voor het schoolkind resulteert niet slagen in:
A
Schuldgevoel
B
Minderwaardigheidsgevoel
C
Schaamte
D
Isolement
Slide 24 - Quiz
Tijdens de adolescentie ga je volgens Erikson op zoek naar.....
A
Autonomie
B
Je eigen identiteit
C
Vertrouwen
D
Integriteit
Slide 25 - Quiz
Freek is veertig jaar en wilde vroeger een gezin. Freek is carrière gaan maken, hij heeft nooit tijd gemaakt voor een gezin en is nu ongelukkig. Volgens de theorie van Erikson is er in zijn ontwikkeling sprake van stagnatie. Stagneren houdt in dat de ontwikkeling van Freek door gaat.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quiz
Volgens Erikson is de positieve pool in de kleuterfase:
A
initiatief
B
zelfstandigheid
C
vertrouwen
D
nieuwsgierigheid
Slide 27 - Quiz
In welke levenstaak bevinden ouderen zich volgens Eriksons theorie
A
intimiteit versus isolement
B
vertrouwen versus wantrouwen
C
vlijt / inzet versus minderwaardigheid
D
ego-integriteit versus wanhoop
Slide 28 - Quiz
Christel probeert antwoorden te vinden op vragen als 'Wie ben ik', 'Wat wil ik worden', 'Waar moet ik met mijn leven naartoe' Ze bevindt zich waarschijnlijk in het stadium van de............volgens de psychosociale ontwikkelingstheorie van Erikson.
A
Lagere schoolleeftijd
B
Adolescentie
C
Vroege volwassenheid
D
Middelbare volwassenheid
Slide 29 - Quiz
Volgens Erikson gaan adolescenten op zoek naar hun eigen 'ik'. Als dit niet lukt, ontstaat er.......
A
Identiteitsfraude
B
Stagnatie
C
Stagnatie en wanhoop
D
Identiteitsverwarring
Slide 30 - Quiz
Sleep de conflicten naar de overeenkomstige levensfase:
Vroege volwasssenheid
Middenvolwassenheid
Late volwassenheid
intimiteit - isolement
generativiteit - stagnatie
Slide 31 - Drag question
Slide 32 - Slide
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Slide
Slide 40 - Slide
Hoeveel stadia heeft het cognitieve ontwikkelingsschema volgen Piaget?
A
2
B
8
C
1
D
4
Slide 41 - Quiz
Volgens Piaget ontwikkelen kinderen zich in 4 fasen. Wat is de eerste fase?
A
Preoperationele fase
B
Concreet - operationele fase
C
Formeel - operationele fase
D
Sensomotorische fase
Slide 42 - Quiz
Plaats de fases volgens Piaget in de juiste volgorde.
Concreet operationele fase
Formeel operationele fase
Sensomotorische fase
Preoperationele fase
Slide 43 - Drag question
In welke ontwikkelingsfase bevinden kleuters zich?
A
formeel - operationeel
B
concreet - operationeel
C
preoperationeel
D
sensomotorisch
Slide 44 - Quiz
In deze fase van Piaget leren kinderen ordenen, tellen, rekenen. Welke fase van Piaget is dit?
A
Sensomotorische fase
B
Pre-operationele fase
C
Concreet-operationele fase
D
Formeel-operationele fase
Slide 45 - Quiz
Een kind van 0 - 2 jaar bevindt zich in de ... fase
A
Preoperationele fase
B
Concreet - operationele fase
C
Sensomotorische fase
Slide 46 - Quiz
In welke fase zit een kind van 7-12 jaar volgens Piaget?
A
formeel - operationeel
B
sensomotorisch
C
concreet - operationeel
D
preoperationeel
Slide 47 - Quiz
In welke fase zit een kind van 2-7 jaar volgens Piaget?
A
formeel - operationeel
B
sensomotorisch
C
concreet - operationeel
D
preoperationeel
Slide 48 - Quiz
Hoe heet de fase van het denken waarin een adolescent zich bevindt volgens Piaget?
A
Concreet operationele fase
B
Formeel operationele fase
C
Conventionele fase
D
Preconventionele fase
Slide 49 - Quiz
Volgens Piaget zit het schoolkind in de...
A
Concreet - operationele fase
B
Sensomotorische fase
C
Preoperationele fase
D
Formeel-operationele fase
Slide 50 - Quiz
Sleep de juiste begrippen naar de juiste ontwikkelingsfase.
BABY
PEUTER
KLEUTER
SCHOOLKIND
conservatiebegrip
sensomotorische fase
objectpermanentie
preoperationele fase
taalontwikkeling
concreet operationele fase
Slide 51 - Drag question
Erik Erikson spreekt over crisissen.
A
Juist
B
Fout
Slide 52 - Quiz
Erikson praat over een positieve en negatieve pool.
A
Juist
B
Fout
Slide 53 - Quiz
Wat zijn de twee tegenpolen van de levensfase van de adolescentie (theorie van Erikson)
A
vertrouwen/wantrouwen
B
generatieviteit/stagnatie
C
identiteit/verwarring
D
initiatief/schuldgevoel
Slide 54 - Quiz
Piaget onderscheidde vier ontwikkelingsfasen. Welke ontwikkelingsfase hoort hier NIET bij?
A
Sensomotorische ontwikkeling
B
Formeel - operationele ontwikkeling
C
Preoperationele ontwikkeling
D
Cognitief operationele ontwikkeling
Slide 55 - Quiz
Oefeningen op Scoodle
Maak via Scoodle alle oefeningen bij de theorie van Erikson en Piaget. De resultaten tellen mee.
Wie dit wil kan de theorie nog eens herbekijken (klik op het 'oogje' in Scoodle)