mc2 Week 3 P2: descriptions physiques

week 3 periode 2 Frans
1 / 29
next
Slide 1: Slide
HandelMBOStudiejaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

week 3 periode 2 Frans

Slide 1 - Slide

Il est important que:
  • het examen Frans is over niet al te lange tijd: 3e periode
  • vandaag start week 3 van periode 2 
  • je wilt toch ook goed voorbereid zijn en je  examen halen? 
Dan is het verstandig om: 
 je weektaak zorgvuldig te maken,  heel goed de instructies te lezen, maak samenvattingen van uitlegfilmpjes en grammatica

Slide 2 - Slide

à faire:
  • herhaling vorige les:  Futur proche/ verschillende         Franse lidwoorden
  • regelmatige ww
  • onregelmatige ww
  • in stilte en zelfstandig werken aan weektaak 

Slide 3 - Slide

à faire:
  • herhaling vorige les:  Futur proche/ verschillende         Franse lidwoorden
  • regelmatige ww
  • onregelmatige ww
  • in stilte en zelfstandig werken aan weektaak 

Slide 4 - Slide

ik ga eten

Slide 5 - Open question

jullie gaan zwemmen

Slide 6 - Open question

Ik drink wijn.
Je bois .......vin.
A
du
B
de
C
le
D
des

Slide 7 - Quiz

Ik heb een hekel aan vlees.
Je déteste ...... viande.
A
du
B
la
C
de la
D
de

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Opfrissen : Regelmatige werkwoorden
in het frans zijn er 3 soorten werkwoorden:
-er werkwoorden
-re werkwoorden
-ir werkwoorden
stam + de juiste uitgang erachter

Slide 10 - Slide

-er werkwoorden
je -e              nous -ons
tu -es                vous -ez
il/elle -e             ils/elles -ent
on -e                                  

Slide 11 - Slide

voorbeeld:
je chante   nous chantons
tu chantes   vous chantez
il/elle chante   ils/elles chantent
on chante                                

Slide 12 - Slide

-ir werkwoorden
je  -is       nous  -issons
tu  -is       vous  -issez
il/elle  -it        ils/elles  -issent
        on  -it                                       

Slide 13 - Slide

voorbeeld:
je finis              nous finissons
tu finis        vous finissez
il/elle finit      ils/elles finissent
on finit                                      

Slide 14 - Slide

-re werkwoorden
je  -s                 nous  -ons
tu  -s                  vous  -ez
il/elle  -        ils/elles  -ent
on   -                                  

Slide 15 - Slide

Voorbeeld:
je vend           nous vendons
tu vend              vous vendez
il/elle vend             ils/elles vendent
on vend                                           

Slide 16 - Slide

Vertaal:
j'ai vu une série française sur Netflix

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Slide

Tekst
Je
Tu
vous
il/elle
ils/elles
nous
vend
vendons
vendent
vendez
finissons
finissent
parles
parle
parlez
finit

Slide 19 - Drag question

onregelmatige werkwoorden
  • hebben andere vervoeging dan de regelmatige werkwoorden
  • deze moet je dus leren en dat doe je door te oefenen op de site  verbuga.eu   Deze week: pouvoir, dire, savoir

Slide 20 - Slide

jij kan
wij kunnen
zij kunnen
jullie kunnen
ik kan
tu peux
nous pouvons
ils/elles peuvent
vous pouvez
je peux

Slide 21 - Drag question

Vertaal: jij zegt

Slide 22 - Open question

Vertaal: jullie zeggen

Slide 23 - Open question

wij hebben gezegd

Slide 24 - Open question

wat betekent: hij weet
A
il sait
B
il a su
C
il sais
D
il va savoir

Slide 25 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van:
wij gaan weten
A
nous savons
B
nous allons savoir
C
nous ont su
D
nous savent

Slide 26 - Quiz

Ging het goed?
oui? Dan beheers je de stof al goed! Super!
non? Dan betekent het dat je de werkwoord vervoeging nog niet goed (genoeg) kent. Oefen goed met verbuga.eu Dan komt het zeker goed!

Slide 27 - Slide

Hoe leer jij vocabulaire en de verschillende ww?

Slide 28 - Open question

tot einde les:
  • Veel fouten vandaag:  savoir, dire, pouvoir oefenen in verbuga.eu. Screenshot van het overzicht via mail naar je docent.
  • weinig/geen fouten; verder aan de weektaak



Slide 29 - Slide