* Je kunt uitleggen of een tabel een verhoudingstabel is
Slide 3 - Slide
Afronden in praktische situaties
Slide 4 - Slide
Afronden in praktische situaties: regels
Slide 5 - Slide
voorbeeld: met de lift
Slide 6 - Slide
Je hebt 2,90 in je zak en wil daarvan snoep kopen. En zak snoep kost 0,75. Hoeveel zakken kan je kopen?
A
1
B
4
C
3,87
D
3
Slide 7 - Quiz
306 brugklassers en 22 begeleiders gaan naar de dierentuin. In een bus kunnen 51 passagiers. Hoeveel bussen zijn er nodig?
A
4
B
6,43
C
7
D
6
Slide 8 - Quiz
Suus gaat appelmoes maken. Zij weegt hiervoor 3,561 kg appels af. De appels kosten 1,45 euro per kilogram. Ze betaalt contant. Hoeveel moet Suus betalen?
Slide 9 - Open question
Zelfstandig werken
Maak opgave 68, 71, 73 en 75 (blz.196).
Dit is huiswerk voor morgen.
**Klaar? Doe de leerdoelen-check bij paragraaf 4.4 (blz. 197)**
Spelregels
De eerste 5 minuten zijn stil!
Je werkt op je eigen plek
Je werkt zo rustig mogelijk
Je blijft aan het werk
Je lost je eigen problemen op (lees / herhaal de theorie ;-)