Er is verband/relatie tussen woorden, zinnen, alinea's.
Verschillende soorten tekstverbanden.
Signaalwoord helpt je het soort tekstverband te herkennen.
Slide 12 - Slide
Nieuw: vergelijkend tekstverband
Gebruik: als je personen/dingen wilt vergelijken.
Signaalwoorden: net als, zoals, evenals
Evenals mijn moeder houdt mijn vader van appeltaart.
Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
Slide 13 - Slide
Werkmoment = weektaak
Maak de opdrachten in je werkboek/schrift.
Kijk zelf na, verbeter met een andere kleur.
Opdracht 2 tot en met 4: leesstrategie en tekstverband
Opdracht 5 tot en met 8: toepassen op tekst 1
Slide 14 - Slide
Afsluiting
Hoe ver ben je met de opdrachten?
Welke vragen heb je?
Slide 15 - Slide
Planning
Vragen tot nu toe?
Herhalen theorie lezen vorig jaar: deel 2
Aan de slag
Toets bespreken
Les 2
Slide 16 - Slide
Vragen tot nu toe?
Opdrachten 2 tot en met 4.
Start op pagina 23.
Slide 17 - Slide
1.3 lezen (p. 21)
Herhalen:
leesstrategieën
herkennen tekstverbanden (en 1 nieuwe)
benoemen tekstdoelen, tekstsoorten en tekstvormen
herkennen titels en benoemen onderwerp
benoemen hoofdgedachte
Slide 18 - Slide
Tekstdoel, -soort en tekstvorm (p. 26)
Tekstdoel is altijd een werkwoord. De schrijver wil ...
tekstdoel
uitleg
tekstsoort
vorm
informeren
de lezer informatie geven
informerende tekst
verslag
overtuigen
de lezer overtuigen (mening)
betogende tekst
boekbespreking
activeren
de lezer iets laten doen
activerende tekst
advertentie
amuseren
de lezer vermaken
amuserende tekst
stripboek
Slide 19 - Slide
Tekst 1 verkennend lezen (p. 24)
onderwerp
tekstsoort
tekstdoel
opbouw
bron/schrijver
Slide 20 - Slide
Tekst 1 verkennend lezen (p. 24)
Onderwerp: spullenobesitas
Tekstsoort: informatieve tekst
Tekstdoel: informeren
Opbouw: tweedeling inleiding (1) kern (2 t/m 7)
Schrijver: Irene van den Berg
Bron: AD.nl
Slide 21 - Slide
Werkmoment = weektaak
Maak de opdrachten in je werkboek/schrift.
Kijk zelf na, verbeter met een andere kleur.
Opdracht 2 tot en met 4: leesstrategie en tekstverband
Opdracht 5 tot en met 8: toepassen op tekst 1
Opdracht 10, 12 tot en met 15: tekstsoorten, hoofdgedachte.
Slide 22 - Slide
Toets bespreken
Vraag over de toets? * ervoor.
Bij ophalen van de toets, kun je de vraag stellen.
Toetsen moeten dus weer terug.
Slide 23 - Slide
Planning
Vragen tot nu toe?
Herhalen theorie lezen vorig jaar: deel 3
Aan de slag
Afsluiting van de les
Les 3
Slide 24 - Slide
Vragen tot nu toe?
Opdracht 5 tot en met 8: toepassen op tekst 1
Slide 25 - Slide
1.3 lezen (p. 21)
Herhalen:
leesstrategieën
herkennen tekstverbanden (en 1 nieuwe)
benoemen tekstdoelen, tekstsoorten en tekstvormen
herkennen titels en benoemen onderwerp
benoemen hoofdgedachte
Slide 26 - Slide
Titel(s) en onderwerp (p. 27)
De titel (kop) staat bovenaan de tekst.
De titel geeft vaak een aanwijzing over het onderwerp.
In kranten of tijdschriften: vaak een ondertitel of boventitel
Het onderwerp vind je vaak in de titel
en in de eerste alinea. Dit geef je
weer in steekwoorden.
Slide 27 - Slide
Hoofdgedachte (p. 27)
Het belangrijkste wat de schrijver zegt. Zoek deze in inleiding en/of slot van de tekst. De hoofdgedachte geeft meestal in één of twee zinnen kort weer waar de tekst over gaat.
Slide 28 - Slide
Werkmoment = weektaak
Maak de opdrachten in je werkboek/schrift.
Kijk zelf na, verbeter met een andere kleur.
Stel je vragen.
Opdracht 2 tot en met 4: leesstrategie en tekstverband
Opdracht 5 tot en met 8: toepassen op tekst 1
Opdracht 8 maken we niet.
Opdracht 10, 12 tot en met 15: tekstvormen/doelen/soorten
Slide 29 - Slide
Afsluiten van de les
Hoe ver ben je met de weektaak?
Heb je het nagekeken?
Begreep je waarom antwoorden anders moesten zijn?
Verzamel je vragen voor de eerste les volgende week.