Les 2 Período 4

Opdrachten
Magister ELO
  • Escritura
  • Audición
  • Creatividad


1 / 23
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Opdrachten
Magister ELO
  • Escritura
  • Audición
  • Creatividad


Slide 1 - Slide

  1. Schrijf op welke gebouwen (edificios) je voorbij hoort of ziet komen. Schrijf ze op in het Spaans en probeer ze te vertalen.
  2. Schrijf op welke woorden gebruikt worden in het filmpje om de sfeer (el ambiente) te beschrijven. Bijvoorbeeld oud, modern, groot, luidruchtig, etc.
Schrijf ze op in het Spaans en probeer ze te vertalen.


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Monumentos.... ¿cómo son?

Slide 4 - Open question

Ser - Hay - Estar
Presente (Tegenwoordige tijd)

Slide 5 - Slide

Ser / Hay / Estar 
Wanneer maak je gebruik van ser, estar of hay? De samenvatting is als volgt: ser = zijn + een eigenschap (langdurig of voor altijd), estar = zijn + een toestand (tijdelijk, op een bepaald moment). Hay betekent er is/er zijn en wordt gebruikt wanneer het onderwerp onbepaald is.

Slide 6 - Slide

Stappenplan ser, hay, estar
1) Kan je zeggen 'er is, er zijn'?
    ja - HAY
    nee - stap 2
2) Kan je zeggen 'zich bevinden'?
   ja - ESTAR
   nee - SER

Slide 7 - Slide

De 3 zijnen: ser/hay/estar
ser

soy
eres
es
somos
sois
son
bij beschrijvingen 
haber

hay

bij er is/er zijn of bij un/una/unos/unas, poco, mucho, getallen, of geen lidwoord. Je wilt dan zeggen dat iets ligt/staat hangt
estar

estoy
estás
está
estamos
estáis
están

het ding/mens/dier/persoon staat, hangt ligt ergens/bevindt zich

Slide 8 - Slide

Ejercicio 4 Mi barrio
A y B

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

¿Qué significan?

Slide 11 - Slide

Todo recto
A
Rechtaf
B
Rechtdoor

Slide 12 - Quiz

A la derecha (de) ...
A
Rechts (van) ...
B
Links (van) ...

Slide 13 - Quiz

Al lado (de) ...
A
Dichtbij ...
B
Naast ...

Slide 14 - Quiz

Primera, segunda, tercera ...
A
een, twee, drie
B
eerste, tweede, derde

Slide 15 - Quiz

Al final de ...
A
Aan het einde van ...
B
Tot aan ...

Slide 16 - Quiz

Perdone, ¿sabe si HAY ...?
Welk plaatje hoort bij dialoog 1?
timer
1:00

Slide 17 - Open question

Perdone, ¿sabe si HAY ...?
Welk plaatje hoort bij dialoog 2?
timer
1:00

Slide 18 - Open question

Perdone, ¿sabe si HAY ...?
Welk plaatje hoort bij dialoog 3?
timer
1:00

Slide 19 - Open question

Perdone, ¿sabe si HAY ...?
Welk plaatje hoort bij dialoog 4?
timer
1:00

Slide 20 - Open question

Vocabulario ejercicio 5A
Schrijf de vetgedrukte woorden van opdracht 5A op met de NL vertaling.
timer
2:30

Slide 21 - Open question

Ejercicio 6B p. 100

Slide 22 - Slide

Klaar?
Maak opdracht 
6A

Slide 23 - Slide