Oefenen met werkwoorden

• Nederlands
• MBO
• ISK
• Studiejaar 1

Oefenen met werkwoorden

TaalCompleet A1 - 3.11 Opdracht 91

1.
Hallo, ik _____________ Rico. (Heten)

2.
Mijn vrouw en ik _____________ uit Brazilië. (komen)

3.
We _____________ in Haarlem. (wonen)

4.
We _____________ Nederlands. (leren)

5.
Ik _____________ les op maandag en woensdag. (hebben)

6.
Mijn vrouw _____________ les op dinsdag en donderdag. (hebben)

7.
We _____________ Nederlands in de les. (spreken)

8.
De docent _____________ de tekst. (lezen)

9.
De docent _____________ snel. (Praten)

10.
Wij _____________ vragen bij de tekst. (maken)

11.
De docent _____________ door de klas. (lopen)

12.
Ik _____________ het antwoord niet. (weten)

13.
Ik _____________ het aan Ali. (vragen)

14.
Hij _____________ antwoord.

15.
Maar ik _____________ het niet goed. (horen)

16.
Ali _____________ het woord op het papier. (schrijven)