Oefentoetsje VGT3 (OiE)

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Vroeger was landbouw vooral

1. Een kleinschalig lokaal proces.
2. Een grootschalig lokaal proces.
3. Een kleinschalig mondiaal proces.
4. Een grootschalig mondiaal proces.

Actoren in de landbouw zijn: boeren, agribusiness, overheden en internationale organisatie

1. juist
2. onjuist

In Polen is de bijdrage van de landbouw aan het BNP

1. hoger dan in NL
2. lager dan in NL

In Polen is het bruto binnenlands product/inwoner

1. lager dan in NL
2. hoger dan in NL

In Polen is het % mensen werkzaam in de landbouw

1. lager dan in NL
2. hoger dan in NL

Nederland behoort tot de top van grote voedselexporteurs ter wereld. Een van de belangrijkste reden hiervoor is

1. dat Nederland nog veel landbouwgrond heeft
2. dat in Nederland nog veel mensen werkzaam zijn in de landbouwsector.
3. dat Nederland veel aan innovatie doet
4. dat Nederland erg aan het vergrijzen in

Wat is het gevolg van de langere keten van boer tot consument

1. de boeren verdienen hierdoor meer
2. er blijft minder geld over voor de boer
3. de producten worden goedkoper

Bedrijven die zorgen voor alle activiteiten in het proces na de productie van de boeren heten samen

1. actoren
2. agribusiness
3. landbouw
4. akkerbouw

In de landbouw is sprake van

1. mondialisering
2. industrialisering
3. mondialisering en industrialisering

Volgens de definitie die voor landbouw gebruikt wordt gaat landbouw om:

1. alle activiteiten van grond tot mond
2. alle activiteiten die door boeren worden verricht
3. alle activiteiten in de akkerbouw en veeteelt

door welke twee problemen wordt de vrije wereldhandel belemmerd?

1. door invoerrechten en subsidies
2. door productie en consumptie
3. door import en export
4. door het centrum en de periferie

welk begrip hoort bij: "Boer Karels verbouwt alleen nog maar suikerbieten. Zijn runderen heeft hij allelmaal verkocht"

1. specialisatie
2. intensivering
3. mechanisatie
4. schaalvergroting

welk begrip hoort bij:"Boer Harm heeft zijn tuinbouwbedrijf nooit uitgebreid, maar kweekt inmiddels wel drie keer zoveel paprika's als toen hij begon

1. specialistatie
2. intensivering
3. mechanisatie
4. schaalvergroting

welk begrip hoort bij: "Boer Jan heeft het bedrijf van zijn buurman overgenomen. Daardoor heeft hij nu honderd schapen meer

1. specialisatie
2. intensivering
3. mechanisatie
4. schaalvergroting

welk begrip hoort bij: "Boer Kees weet nog goed dat zijn vader de allereerste tractor kocht. Daarvoor deden ze alle klusjes op de boerderij met de hand

1. specialisatie
2. intensivering
3. mechanisatie
4. schaalvergroting

Wat is het doel van scenario denken?

1. Toekomstige trends gebruiken om huidige trends te begrijpen
2. Huidige trends gebruiken om mogelijke toekomstbeelden te verkennen en te voorspellen.

wat is het meest waarschijnlijke toekomst scenario voor de Nederlandse landbouw?

1. volledige vrijhandel duurzaam en lokaal
2. Fort Europa goedkoop en grootschalig
3. volledige vrijhandel goedkoop en grootschalig
4. Fort Europa duurzaam en lokaal

wat is het meest waarschijnlijke toekomst scenario voor de Poolse landbouw?

1. volledige vrijhandel duurzaam en lokaal
2. Fort Europa goedkoop en grootschalig
3. volledige vrijhandel goedkoop en grootschalig
4. Fort Europa duurzaam en lokaal

uit welke twee pijlers bestaat het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van de EU?

1. landbouwsteun inkomenssteun
2. inkomenssteun productiesubsidies
3. landbouwsteun plattelandsontwikkeling

wat is het doel van de WTO?

1. de wereld welvarender maken door middel van vrijhandel
2. de wereld welvarender de wereld welvarender maken door middel van protectie
3. landen beschermen door middel van protectie
4. landen beschermen door middel van invoertarieven