CV les 8

Communicatieve vaardigheden 
Blok 4
Lesweek 8

nazannay@novacollege.nl
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Communicatieve vaardigheden 
Blok 4
Lesweek 8

nazannay@novacollege.nl

Slide 1 - Slide

Planning

  • Terugblik 
  • Theorie
  • Voorbereiden toets
  • Afsluiting 

Slide 2 - Slide

Terugblik
Wat is:

1. Sub-assertief
2. Assertief
3. Agressief

Slide 3 - Slide

Sub-assertief | assertief | agressief



Sub assertief: eigen belangen minder belangrijk. Gaan aan zichzelf voorbij


Assertief: rekening met zichzelf en anderen. Win-win situatie


Agressief: alleen zichzelf. Proberen om te overheersen.
Agressie is in deze definitie dus een manier om je eigen doelen te bereiken.

Slide 4 - Slide

Agressie
  1. Expressieve agressie

  2. Frustratie agressie

  3. Instrumentele agressie

  4. Onbeheerste agressie

Slide 5 - Slide

Agressie


Expressieve agressie: vaak boos op de hele situatie, niet doelgericht.
Frustratie agressie: als expressieve uit de hand loopt. Doorslaan in agressie ->makkelijk als ex. niet serieus genomen wordt.
Instrumentele agressie: bedoeld om een doel te bereiken. Bijvoorbeeld: niet goed genoeg geholpen. 
Onbeheerste agressie: mensen met psychologische problemen zoals schizofrenie, drugs etc. (moeilijk tegen te gaan)

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Roos van Leary

  • Model om de interactie tussen mensen te analyseren en te begrijpen.
  • Verdeelt in vier kwadranten met elk twee assen.
  • De Roos van Leary geeft inzicht in je gedrag en wat dit oproept, zodat je bewust keuzes kunt maken in actie en reactie. Bij het sturen van gedrag kan je invloed uitoefenen op wat je zegt, maar ook op hoe je het zegt. 


Slide 8 - Slide

Roos van leary
Verticale as: dominantie
Dominant gedrag is boven. Nauwelijks of niet is onder. 


Horizontale as: mate van relatie
Rechts: samen, relatiegericht, samenwerking. 
Link: Tegen, ik, taakgericht, afwijzing. 

Slide 9 - Slide

Roos van leary
Boven-onder as: Deze as gaat over dominantie versus ondergeschiktheid.

Boven (dominant) gedrag: Mensen die dit gedrag vertonen, nemen de leiding en geven richting aan.
Onder (onderdanig) gedrag: Mensen die dit gedrag vertonen, volgen en laten zich leiden.
Samen-tegen as: Deze as gaat over samenwerking versus weerstand.

Samen gedrag: Mensen die dit gedrag vertonen, werken samen en zoeken harmonie.
Tegen gedrag: Mensen die dit gedrag vertonen, verzetten zich en gaan in tegen anderen.

Slide 10 - Slide

Roos van Leary
Voorbeeld:
Ben jij leidend en behulpzaam
(Boven-Samen), zullen anderen waarschijnlijk volgen en samenwerken (Onder-Samen)

Ben jij leidend en bazig? (Boven-Tegen)
Verzetten (Onder-tegen) of bang  (Onder-Samen)

Slide 11 - Slide

Thema 10: Mediawijsheid
Sociaal werk 2
Media
: alle middelen waarmee wij informatie verspreiden.
Krant, TV, digitale media, videospelletjes. 

Mediawijsheid: Mediawijsheid is volgens de Raad van Cultuur in 2005 omschreven als: ‘het geheel van kennis, vaardigheden en mentaliteit, waarmee burgers zich bewust, kritisch en actief kunnen bewegen in een complexe, veranderlijke en fundamenteel gemedialiseerde wereld’.

Slide 12 - Slide

Thema 10: Mediawijsheid
Competentieprofiel Mediawijsheid

Mediawijzer.net is een online platform voor mediawijsheid-professionals. Iedereen die iets aan mediaeducatie doet of mensen begeleidt in mediagebruik kan hier relevante informatie vinden. 

Om goed inzicht te hebben in je eigen mediawijsheid of in die van je cliënt, kun je dit model als uitgangspunt gebruiken. Bij elk punt gaat het om een mix van kennis, vaardigheden en houdingsaspecten. 
Je vraagt je de volgende 10 punten af. 

Slide 13 - Slide

Thema 10: Mediawijsheid
  1. Heeft mijn cliënt inzicht in toename van mediagebruik in de maatschappij?
  2. Begrijpt hij hoe media tot stand komen?
  3. Begrijpt hij hoe media de werkelijkheid kleuren?
  4. Heeft hij kennis en vaardigheden om toepassingen, apparaten en software te gebruiken?
  5. Kan de cliënt zich ‘vlot’ bewegen tussen mediaomgevingen?
  6. Is de cliënt in staat betrouwbare informatie te vinden en te verwerken?
  7. Is de cliënt in staat content te creëren?
  8. Weet de cliënt op de juiste manier te participeren in sociale netwerken?
  9. Kan de cliënt reflecteren op zijn eigen mediagebruik?
  10. Kan de cliënt doelgericht te werk gaan bij het gebruik van media?

Slide 14 - Slide

Thema 10: Mediawijsheid
Gezamenlijk lezen

Boek: Sociaal werk 2

10.3. Ondersteunen in mediagebruik

Slide 15 - Slide

Thema 10: Mediawijsheid

Het doel van het competentiemodel van mediawijsheid bij cliënten is om hen te helpen effectiever, kritischer en bewuster om te gaan met media in hun dagelijks leven. Dit model kan worden ingezet door professionals zoals hulpverleners, docenten, maatschappelijk werkers en mediacoaches om de mediawijsheid van hun cliënten te verbeteren. 

  • Begeleiden op begrip
  • Begeleiden op gebruik
  • Begeleiden op communicatie
  • Begeleiden op strategie
  • Begeleiden naar mediawijze kinderen


Slide 16 - Slide

10.4 Nadelen mediagebruik
Cyberpesten: online pesten
Alle uitingen van pestgedrag, die via enige vorm van social media worden verspreid.


Dreigtweets en haatposts: bedreigende of negatieve berichten, gericht op één persoon of een bevolkingsgroep, organisatie of evenement.


Een dreigtweet verstuur je via Twitter


Een haatpost via een ander social mediakanaal.

Slide 17 - Slide

10.4 Nadelen mediagebruik
Sexting: is het verzenden of ontvangen (texting) van seksueel getinte teksten, foto’s of filmpjes.


Sexting met minderjarigen is volgens de wet verboden in Nederland, dan is er sprake van kinderporno.


Grooming: een vorm van sexting is het digitaal kinderlokken voor seksueel contact.
Wanneer een slachtoffer (kind) wordt afgeperst of gechanteerd door de kinderlokker, meestal in ruil voor meer seksuele handelingen of beeldmateriaal, noemen we dat sextortion.


Slide 18 - Slide

10.6 Digitale uitwisseling cliëntgegevens
Algemene verordening gegevensbescherming (AVG)





Verstrek nooit gegevens aan derden, ook niet aan familie.
Vanuit de wet mag vanaf 16 jaar alleen de cliënt of zijn wettelijk vertegenwoordiger het dossier inzien. Zonder toestemming van de cliënt mag je geen gegevens doorsturen, ook niet naar andere disciplines.

In de beroepscode sociaal agogisch werker staat dat het niet is toegestaan een vriendschappelijke relatie, liefdesrelatie of seksuele relatie aan te gaan met cliënten.

Slide 19 - Slide