les 3: Stempelen

• Kunst
• Basisschool
• Groep 5-8

les 3: Stempelen

Individueel en in tweetallen patronen maken 

Tijd: +/- 60 min

Benodigdheden voor de les:

− Lessonup: les 3

− Instructable: “stempelen”

− Aan de slag:

− De stempel

− Drukinkt

− Rollers

− Papier

− Schoonmaakmiddelen

− A3 Papier

Korte terugblik

Wat hebben we de vorige les gedaan?

Wat weten we nog over de stempel technieken?

Wat is een patroon? 

Welke vormen herken je? 

Wat voor soort patroon is hier te zien?

Welke vormen hebben we net gezien?

Wat viel je op aan de vormen?

Welke kleuren werden er gebruikt?

Wat voor soort patronen kon je herkennen?

Stonden de vormen in het patroon dicht of juist ver weg van elkaar?

Uit welk patroon haal je inspiratie?

werk irene + vraag

Welke vormen hebben we net gezien?

Wat viel je op aan de vormen?

Welke kleuren werden er gebruikt?

Wat voor soort patronen kon je herkennen?

Stonden de vormen in het patroon dicht of juist ver weg van elkaar?

Uit welk patroon haal je inspiratie?

Aan de slag! 

Met stempelen

Vandaag gaan we bezig met patronen ontwerpen dit doen we in tweetallen . Hiervoor nemen alle leerlingen hun individuele ontwerpen uit les 2 mee om aan hun duo maatje te laten zien. Wat hebben ze allemaal ontdekt? En hoe kunnen ze samen tot een nieuw patroon komen? Vandaag hebben ze de kans om zoveel mogelijk nieuwe patronen te ontwerpen als duo. Gebruik hiervoor de ontwerpchallenges uit het leerlingen boekje. Benadruk deze week dan ook nog eens een keer goed dat dit een tussenstap is. Het is namelijk belangrijk om alle opties te hebben getest voordat de leerlingen aan het eindontwerp beginnen. 

Aan de slag:

Laat de leerlingen pictogrammen drukken op een groot papier. Hierbij is het de bedoeling dat ze zoveel mogelijk ontdekken over het materiaal en de techniek. Dit kan bijvoorbeeld door de leerlingen zo vaak mogelijk te laten stempelen of ze te laten variëren in kleur, plaatsing en hoeveelheid. Hierdoor krijgen ze een beeld van de verscheidenheid van stempelen en meer kennis over de techniek. In deze fase speelt het uitproberen een grote rol. Het gaat er dus niet om welke papieren het beste of het mooiste zijn, maar juist om het experiment. Ga vooral tijdens de afsluiter het gesprek aan met de leerlingen.

Tip: om ervoor te zorgen dat de leerlingen het experiment aangaan, kun je ze ontwerpchallenges van les 3 laten doen.

Druk regels

• Druk altijd alle vormen los van elkaar. Ze mogen dus niet overlappen.
• De inktrollers blijven altijd bij het inktstation. 
• De kleuren mogen niet gemixt worden. Gebruik dan ook de goede roller bij de goede kleur. 

Bespreek met de leerlingen de regels van het drukken. 

Weet je het even niet meer gebruik dan de instructable stempelen vanaf stap vijf. 

Ontwerp variaties 

• Maak een patroon met steeds gelijke afstanden
• Draai de vorm elke keer een kwartslag als je hem drukt
  
• Maak een patroon waarbij de pictogrammen dicht en ver weg van elkaar staan
  
• Druk een diagonaal patroon
  
• Maak een patroon met 2 kleuren
  
• Druk een horizontaal patroon (rijen)
  
• Maak een patroon meerdere keren met dezelfde inkt
  
•  Druk een verticaal patroon (kolommen)
  
• Maak een patroon met 3 kleuren
  
• Combineer twee variaties
  
•  Maak een patroon van een klasgenoot zo goed mogelijk na