Bekijk je eigen identiteitscirkel en vul deze aan ....
- Wat heeft jouw identiteit te maken met de omgeving waar jij in opgroeit?
- Welke onderdelen hebben te maken met cultuur (taal, geloof, gebruiken)
- Bij welke niet gebiedsgebonden groepen hoor jij?
Huiswerk: Maken opdracht 5 in je werkboek