01-10-2020

welcome!
sit down, you don't need your book today
log in to the LessonUp with your own name
use your laptop
the code is in the bottom left corner

1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

welcome!
sit down, you don't need your book today
log in to the LessonUp with your own name
use your laptop
the code is in the bottom left corner

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
Terugblik voor de toets
- present simple- 
- present continuous -
- prepositions -
- comparisons -
Doel: Aan het eind van de les kan je me vertellen wat al deze dingen zijn. 

Slide 2 - Slide

wie weet wat één van deze dingen zijn?
present simple/continuous, prepositions of comparisons

Slide 3 - Open question

Waar wil je het het liefst over hebben? Bijvoorbeeld omdat je het nog niet snapt of het lijkt je moeilijk.
A
present simple
B
present continuous
C
prepositions
D
comparisons

Slide 4 - Quiz

Present Simple
wanneer gebruik je hem?
Feiten: water boils at 100 degrees
Gewoontes: I play football every monday
Geplande acties: the party starts at 8 o'clock

Slide 5 - Slide

present simple
hoe maak je hem?
I walk to school every day: I + ww
he walks to school every day: He/she/it + (ww+s) (shit rule)
we walk to school every day: we/you/they + ww


Slide 6 - Slide

present simple
vraagzin:
do I walk to school every day?
does she walk to school every day?
do we walk to school every day?

wat denk je dat de regel is?

Slide 7 - Slide

present simple
ontkennende zin:
I don't walk to school every day.
He doesn't walk to school every day.
We don't walk to school every day.

wat denk je dat de regel hier is?

Slide 8 - Slide

present simple
dus:
Wanneer het een feit, gewoonte of geplande actie is maak je de zin met I + ww, of de shit rule. 
Als de zin vragend of ontkennend is voeg je do of does toe. 

Slide 9 - Slide

present continuous
wanneer gebruik je hem?

wanneer het nu gebeurt: I am walking to school. 

Slide 10 - Slide

present continuous
Hoe maak je hem?
am/is/are + (ww+ing)
I am walking to school right now
he/she/it is walking to school right now
you/we/they are walking to school right now

Slide 11 - Slide

present continuous
vraagzin:
draai de persoonsvorm en het hulpww om
I am watching tv
am I wathing tv?

smiley rule :) 

Slide 12 - Slide

present continuous
Ontkennende zin
voeg 'not' toe

Hoe denk je dat dit er uit ziet? 

Slide 13 - Slide

maak deze zin ontkennend door 'not' toe te voegen:
"we are playing guitar right now"

Slide 14 - Open question

present continuous
dus:
Wanneer iets nu gebeurd doe je am/is/are + (ww+ing). 
Voor een vraagzin gebruik je de smiley regel en voor een negatieve zin voeg je 'not' toe. 

Slide 15 - Slide

prepositions
wat is een preposition?

Slide 16 - Slide

prepositions
Kastwoorden
Woorden die aangeven waar iets is.
Vaak moet je gewoon weten wat logisch is

https://www.ego4u.com/en/cram-up/grammar/prepositions/exercises?08

Slide 17 - Slide

prepositions
above
under
behind
in front of
around
between
near
next to
at
in
on

Slide 18 - Slide

comparisons
Wat zijn dat?

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

comparisons

normaal: strong --> stronger --> the strongest
eindigt op e: nice --> nicer --> the nicest
eindigt op y: pretty --> prettier --> the prettiest
eindgt op klinker + medeklinker: big --> bigger --> the biggest

Slide 23 - Slide

benoem 2 dingen die je hebt geleerd vandaag

Slide 24 - Open question

tot de volgende keer!

Slide 25 - Slide