5.1 Verschillen tussen mensen 4V 2324

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
5.1 Verschillen tussen mensen

1 / 11
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
5.1 Verschillen tussen mensen

Slide 1 - Slide

Lesdoel 5.1 Je kunt
  • uitleggen welke factoren invloed hebben op het tot stand komen van het fenotype.
  • beschrijven hoe variaties in het genotype ontstaan.



Slide 2 - Slide

Wat weet je al over erfelijkheid?
Begrippen 

Slide 3 - Slide

Eigenschappen
Je eigenschappen worden bepaald door:

* je DNA/je genen
* je milieu (omgeving)


Slide 4 - Slide

Genotype/Fenotype
Genotype: je eigenschappen zoals ze in je DNA/genen vastliggen

Fenotype: je eigenschappen zoals ze zijn (deels door DNA, deels door milieu)

Slide 5 - Slide

Doel 9.1 Je kunt
  • in een karyogram geslachtschromosomen, autosomen en afwijkingen herkennen
  • toelichten wat aangeboren eigenschappen zijn
  • de begrippen gen, allel, genotype en genoom omschrijven
  • uitleggen hoe de variaties in celtypen ontstaan



Genoom
Genoom-kern DNA-mt DNA

Slide 6 - Slide

Gen-DNA-niet coderend DNA

Slide 7 - Slide

Oogkleur






Haarkleur




Bloed-
groep




Neusvorm
Gen-allel-haplotype

Slide 8 - Slide

Allel
Een nieuw allel ontstaat door een mutatie in het DNA.

Mutaties ontstaan door schadelijke stoffen maar ook door toeval.

Slide 9 - Slide

Begrippen 
Schrijf op in je eigen woorden:

Wat is een gen?
Wat is je genoom?
Wat is een allel?
Wat is een haplotype?

Slide 10 - Slide

Huiswerk
Maak opdrachten van 9.1 
Welke opdrachten je precies maakt
bepaal je zelf (zie studiewijzer
op Classroom-opdrachten)

Slide 11 - Slide