Periode 4 - taak 1

PERIODE 4
TAAK 1
Laptop op tafel, maar nog niet open.
KLADPAPIER
PEN
1 / 20
next
Slide 1: Slide
RekenenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

PERIODE 4
TAAK 1
Laptop op tafel, maar nog niet open.
KLADPAPIER
PEN

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma van vandaag:
  • Programma periode 4 
  • Rekenstarter
  • Procenten optellen
  • Taak 1 maken
  • Werken aan je Persoonlijk Ontwikkel Plan
Rekenvaardigheid

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

  1. Percentages optellen 
  2. Decimale getallen optellen en aftrekken                    Decimale getallen vermenigvuldigen en delen
  3. Decimale getallen en percentages                 Decimale getallen afronden
  4. Rekenen met een verhoudingstabel
  5. Verhoudingen toepassen
Programma periode 3:

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Programma van vandaag:
  • Programma periode 4 
  • Rekenstarter
  • Procenten optellen
  • Taak 1 maken
  • Werken aan je Persoonlijk Ontwikkel Plan
Rekenvaardigheid

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Rekenstarter
MEMORY

Slide 5 - Slide

Van elk domein (getallen, meten/meetkunde, verbanden en verhoudingen) zijn er memoryspellen op school. Mocht je hier gebruik van willen maken, dan kan je dit vragen aan CLM. 
Programma van vandaag:
  • Programma periode 4 
  • Rekenstarter
  • Procenten optellen
  • Taak 1 maken
  • Werken aan je Persoonlijk Ontwikkel Plan
Rekenvaardigheid

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Percentages kun je bij elkaar optellen als de basisgetallen gelijk zijn. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Percentages kun je bij elkaar optellen als de basisgetallen gelijk zijn. 
Hoeveel is 11% van 200 en 14% van 200?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Percentages kun je bij elkaar optellen als de basisgetallen gelijk zijn. 
Hoeveel is 11% van 200 en 14% van 200?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Percentages kun je bij elkaar optellen als de basisgetallen gelijk zijn. 
Hoeveel is 11% van 200 en 14% van 200?
De basisgetallen zijn hetzelfde (allebei 200) en daarom mag je de percentages bij elkaar optellen.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Percentages kun je bij elkaar optellen als de basisgetallen gelijk zijn. 
Hoeveel is 11% van 200 en 14% van 200?
De basisgetallen zijn hetzelfde (allebei 200) en daarom mag je de percentages bij elkaar optellen.
11% + 14% = 25 %

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Percentages kun je bij elkaar optellen als de basisgetallen gelijk zijn. 
Hoeveel is 11% van 200 en 14% van 200?
De basisgetallen zijn hetzelfde (allebei 200) en daarom mag je de percentages bij elkaar optellen.
11% + 14% = 25 %
25% van 200 =

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
25% van 200 =
           10 % van 200 = 20            
5 % van 200 = 10
20 % van 200 = 40
25 % van 200 = 50

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Hoeveel is 70% van 200 en 15% van 300 ?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Hoeveel is 70% van 200 en 15% van 300 ?
De basisgetallen zijn niet gelijk. 
Je kan de percentages dus niet bij elkaar optellen.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Hoeveel is 70% van 200 en 15% van 300 ?
De basisgetallen zijn niet gelijk. 
Je kan de percentages dus niet bij elkaar optellen.
70% van 200 = 
10% van 200 = 20
70% van 200 = 140

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Hoeveel is 70% van 200 en 15% van 300 ?
De basisgetallen zijn niet gelijk. 
Je kan de percentages dus niet bij elkaar optellen.
70% van 200 = 
10% van 200 = 20
70% van 200 = 140
15% van 300 = 
10% van 300 = 30
5% van 300 = 15
15% van 300 = 45

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen
Hoeveel is 70% van 200 en 15% van 300 ?
De basisgetallen zijn niet gelijk. 
Je kan de percentages dus niet bij elkaar optellen.
70% van 200 = 
10% van 200 = 20
70% van 200 = 140
15% van 300 = 
10% van 300 = 30
5% van 300 = 15
15% van 300 = 45
140 + 45 = 185

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Programma van vandaag:
  • Programma periode 4 
  • Rekenstarter
  • Procenten optellen
  • Taak 1 maken
  • Werken aan je Persoonlijk Ontwikkel Plan
Rekenvaardigheid

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Percentages optellen

Slide 20 - Slide

This item has no instructions