M & A H4 Behoefte achterhalen

Wat is de juiste volgorde bij communicatie?
A
boodschap - zender - ontvanger
B
zender - ontvanger - boodschap
C
zender - boodschap - ontvanger
D
ontvanger - boodschap -zender
1 / 19
next
Slide 1: Quiz

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat is de juiste volgorde bij communicatie?
A
boodschap - zender - ontvanger
B
zender - ontvanger - boodschap
C
zender - boodschap - ontvanger
D
ontvanger - boodschap -zender

Slide 1 - Quiz

Wat is een voorbeeld van verbale communicatie?
A
Joost knikte met zijn hoofd.
B
"Ik wacht op je bij de bushalte", zei Bert.
C
Hij zat rechtop op zijn stoel.
D
Zij rolde met haar ogen.

Slide 2 - Quiz

Wat is een voorbeeld van externe ruis?
A
Het geluid van de radio staat te hard.
B
Hij reageerde boos op zijn collega.
C
Ze was blij omdat ze geslaagd was.

Slide 3 - Quiz

Behoefte achterhalen
Doelstellingen
Aan het eind van dit hoofdstuk kun je:
  • contact leggen met een deelnemer of cliënt
  • ken je piramide van Maslow
  • weet je wat signaleren is
  • ken je het verschil tussen formeel en informeel
  • kun je een enquête opstellen
  • kun je een interview afnemen
  • kun je observeren

Slide 4 - Slide

Behoefte achterhalen
Formeel en Informeel

Een formeel gesprek is een officieel gesprek.
Een informeel gesprek is een spontaan gesprek


Slide 5 - Slide

Behoefte achterhalen
Signaleren

Signaleren betekent dat dit jou opvalt, je hebt iets gezien. De signalen worden duidelijk door iemand gedrag. 
Bijv. Huilen - verdriet

Signalen kunnen verbaal en non-verbaal zijn.

Slide 6 - Slide

Behoefte achterhalen
Vaststellen van behoefte

Een behoefte is iets wat je nodig hebt. 

Maslow heeft de behoeften van een mens geordend 
in de piramide van Maslow.

Slide 7 - Slide

Behoefte achterhalen
Piramide van Maslow

1. lichamelijke behoeften
2. behoefte aan veiligheid
3 sociale behoefte
4. behoefte aan waardering
5. behoefte aan zelfontplooiing

blz. 195

Slide 8 - Slide

Behoefte achterhalen
vragen stellen

  1. Open vragen
    Vragen waarbij de bezoeker alle ruimte krijgt om te antwoorden.
    Je krijgt veel informatie op je vraag.
    Bijv. Waar kan ik u mee helpen?

  2. Gesloten vragen
    Vragen waarop alleen een kort antwoord mogelijk is.
    Vaak is het antwoord ja of nee.
    Bijv. Ga je mee sporten vanavond?

Slide 9 - Slide

Waarom is hij op vakantie naar Australië gegaan?
A
Open vraag
B
gesloten vraag

Slide 10 - Quiz

Wil je een bonbon?
A
open vraag
B
gesloten vraag

Slide 11 - Quiz

Kunt dat aan mij uitleggen?
A
open vraag
B
gesloten vraag

Slide 12 - Quiz

Wat kan ik voor doen?
A
open vraag
B
gesloten vraag

Slide 13 - Quiz

Hoeveel gram boter heb je nodig voor het maken van muffins?
A
open vraag
B
gesloten vraag

Slide 14 - Quiz

Wil je morgen mee met de auto?
A
open vraag
B
gesloten vraag

Slide 15 - Quiz

Ga je mee naar de bioscoop?
A
Open vraag
B
gesloten vraag

Slide 16 - Quiz

Behoefte achterhalen
Observeren

Observeren= Waarnemen van gedrag
Observatiemethode= een manier waarop er geobserveerd wordt
Objectief= Je let op feiten. Je laat je niet lijden door je gevoel.
Bijv. Gisteravond was het feest
Subjectief= Iemand gaat uit van zijn eigen gevoel en mening.
Bijv. Gisteravond was het geweldige feest

Slide 17 - Slide

objectief
subjectief
Lekkere boerenkool
rode kool
Een mooie glijbaan van 100 meter
Het gewicht is 63 kg.
Zij heeft mooie nagels.
Zij heeft kunstnagels.
Een spannende tv-serie.
Voor het recept cupcakes heb je bloem nodig.

Slide 18 - Drag question

Behoefte achterhalen

Slide 19 - Slide