Nederlands ISK 6 lowan de school dag 1

Nederlands ISK 6 lowan de school dag 1
1 / 27
next
Slide 1: Slide
NederlandsISK

This lesson contains 27 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands ISK 6 lowan de school dag 1

Slide 1 - Slide

Nederlands!

Slide 2 - Slide

Hoe gaat het met jullie vandaag?
😀 🙂 😐 ☹️ 😡

Slide 3 - Slide

Aan het einde van de les:
1. kan ik 10 dingen aanwijzen in de klas
2. Weet ik wat een lidwoord is

Slide 4 - Slide

De school 

Slide 5 - Slide

Het etui

Slide 6 - Slide

Welke spullen zitten er in jouw etui?


Slide 7 - Slide

Het lidwoord
In het Nederlands hebben we de woorden de en het.  De en het zetten we voor een ander woord dat een object is. 

Slide 8 - Slide

De of het?
de lineaal
de stoel
de tafel
het bord
het schoolgebouw
de pen

Slide 9 - Slide

de of het?
1. de/het meester
2. de/het leerling
3. de/het papier
4. de/het groep
5. de/het potlood
6. de/het juf

Slide 10 - Slide

Woordzoeker maken

Slide 11 - Slide

Nederlands!

Slide 12 - Slide

Aan het einde van de les:
1.  weet ik wat een werkwoord is
2. Kan ik het werkwoord 'hebben' gebruiken

Slide 13 - Slide

Werkwoorden
Werkwoorden zijn woorden die iets doen. Bij een werkwoord doet iemand iets.

Slide 14 - Slide

werkwoorden
1. hebben
2. doen
3. kunnen
4. leren
5. fietsen

Wie kent nog meer werkwoorden?

Slide 15 - Slide

werkwoorden gebruiken
ik werk
jij werkt
hij/zij werkt

wij werken
zij werken
jullie werken 

Slide 16 - Slide

Ik ...........

Slide 17 - Slide

hij/zij ..................

Slide 18 - Slide

wij .................

Slide 19 - Slide

jij ..................

Slide 20 - Slide

jullie .....................

Slide 21 - Slide

zij ......................

Slide 22 - Slide

Schrijf nu het hele rijtje op 

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Nederlands!

Slide 25 - Slide

Aan het einde van de les:
1. ken ik de school 
2. heb ik 10 foto's gemaakt van spullen waar ik de Nederlandse woorden van ken

Slide 26 - Slide

Foto's maken van school
1. Ga in tweetallen
2. Maak foto's van dingen waar jij het Nederlandse woord van kent

Slide 27 - Slide