1d Regarder et lire

• Frans
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Middelbare school
• vwo
• Leerroute V
• Leerjaar 1,3

LIRE

Mercredi le dix-neuf octobre,1D

LES BUTS 

• Ik begrijp een tekst over vakantiefoto's
• Ik ken woorden die te maken hebben
  met famille

Bienvenue(5 min) 

Les buts (5 min)

Au programme (5 min)

LIRE (20 min)

Fin et réflexion (5)

AANPAK

• Lees goed de kop
• Onderstreep woorden die je niet kent
• Kijk naar de woorden in het blauwe balkje
• Herken je woorden uit andere talen
• Kijk naar de beelde

AU TRAVAIl- lire 

Wat?	Hoe?	Gedrag?	Eerder klaar?
P. 42 t/m 43 Fais les exercices 23AB & 24 AB	In tweetallen	Eerst zelf doen Dan vergelijken Fluisteren	Maken: 24C en 25A en 25B

AU PROGRAMME

• I
• Bienvenue(5 minutes)
• Les buts (5 minutes)
• Au programme (5 minutes)
• Au retour / Regarder (5 minutes)
• Au travail / Lire  (15  minutes) + klassenslinger maken!
• La fin et réflexion (5 minutes)

Bienvenue(5 min) 

Les buts (5 min)

Au programme (5 min)

Regarder (25 min)

Fin et réflexion (5)

Il..... un chien (vul in op de stippelijn goede antwoord)

1. as
2. ont
3. a
4. ai

Vertaal de cijfers. seize, huit et vingt

1. 16, 12 en 20
2. 16, 7 en 19
3. 15, 8 en 20
4. 16, 8 en 20

Wat is een logisch antwoord op deze vraag: Tu as quel âge?

1. J'ai douze ans
2. J'habite à Den Helder
3. Oui, un chien
4. Au revoir

Vertaal: On adore la mer, c'est chouette!

1. Wij houden van vis, lekker!
2. Wat zijn dol op de zee, dat is te gek!
3. We haten de zee, vreselijk!
4. We houden van mijn moeder, natuurlijk!

Vertaal: Wat is dat?

1. C'est qui.
2. C'est quoi
3. C'est moi
4. C'est alors

le

la

l'

les

ami

père

garçons

famille

fille

hôtel

parents

frère

avoir

=

hebben

Avoir: il,elle,on

Avoir: nous

Avoir: vous

Avoir: ils,elles

Avoir: tu

Avoir: j'

avons

ont

ai

avez

as

a

AU TRAVAIl

Fin et réflexion

Huiswerk 30 oktober

BILAN HOOFDSTUK 1 GRANDES LIGNES (OEFENTOETS)

Introduction(5) 

Planning tot de herfstvakantie (2)

Les buts (5)

Au programme (5)

Avoir - (25)

Fin et réflexion (5)