KT1 FPZ week 3 Medicatie bewaking Interactie

KT1 FPZ week 3 Medicatie bewaking Interactie
1 / 14
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

KT1 FPZ week 3 Medicatie bewaking Interactie

Slide 1 - Slide

Een interactie is:
A
Een aandoening waarbij een gnm niet mag worden gebruikt.
B
Een overgevoeligheid voor een gnm.
C
Een ongewenste werking bij gebruik van 2 of meer gnm.
D
Een ongewenste werking bij een gnm.

Slide 2 - Quiz

Hoe handel je een interactie met acenocoumarol (bloedverdunner) af?
A
Je informeert de patiënt.
B
Je overlegt met de apotheker.
C
Je stelt de trombosedienst op de hoogte.
D
Al deze antwoorden.

Slide 3 - Quiz

Wat is een gevolg van een interactie?
A
Een mindere werking van 1 of beide gnm
B
Een versterkte werking van 1 of beide werking
C
Meer bijwerkingen.
D
Alle 3 de antwoorden zijn juist.

Slide 4 - Quiz

Het ontstaan van interacties wordt niet veroorzaakt door...
A
Binding aan bloedeiwitten
B
chemische reactie in het maag/darm kanaal,
C
Omzetting in de lever
D
Overgevoelig voor een gnm.

Slide 5 - Quiz

Welk voedingsmiddel heeft een interactie met simvastatine?
A
alcohol
B
grapefruitsap
C
melk
D
al deze antwoorden zijn goed.

Slide 6 - Quiz

Wanneer licht je de trombosedienst in ?
A
Bij het starten en stoppen met acenocoumarol
B
Bij het begin en eindigen van een interactie.
C
Bij verandering in dosering van de interactie .
D
Bij al deze antwoorden.

Slide 7 - Quiz

Wat adviseer je bij een patiënt die Thyrax en calciumtabletten gebruikt.
A
kan gewoon samen gebruikt worden.
B
Thyrax half uur voor ontbijt, calcium bij avondeten.
C
Thyrax half uur voor ontbijt, calium bij ontbijt.
D
Thyrax tijdens ontbijt, calcium bij avondeten.

Slide 8 - Quiz

Het belangrijke bij een niet vermelde bijwerking is...
A
invoeren in AIS bij intolerantie
B
Melden bij apotheker en Lareb.
C
Meteen stoppen met gnm
D
Dosering aanpassen.

Slide 9 - Quiz

De meest voorkomende bijwerkingen bij NSAID's zijn
A
Hoofdpijn
B
Verstopping
C
Maagklachten
D
Slapeloosheid

Slide 10 - Quiz

De meest voorkomende bijwerkingen bij cholesterol verlagende statines zijn...
A
spierpijn
B
slapeloosheid
C
onrustige benen
D
droge mond

Slide 11 - Quiz

Laxeermiddel mee leveren bij oxycodon gebruik is een oplossing van een...
A
bijwerking
B
interactie
C
contra indictie
D
intolerantie

Slide 12 - Quiz

Acenocoumarol geeft interacties met verschillende medicijnen. Wat doe je?
A
Je stopt tijdelijk met de acenocoumarol
B
Je zoekt een vervangend gnm die geen interactie geeft
C
Je meldt het gebruik bij de trombosedienst.
D
Je overlegt met de apotheker of er een actie nodig is.

Slide 13 - Quiz

Dhr Jansen krijgt een kuur claritromycine.
In zijn historie zie je dat hij ook simvastatine gebruikt.
Hoe handel je dit af?
A
Je vertelt dhr Jansen dat hij de kuur moet afmaken.
B
Je vertelt dat hij last kan krijgen van spierpijn en maag- darm klachten
C
Je vertelt hem dat hij beter even kan stoppen met de simvastatine tijdens de kuur
D
Al deze 3 antwoorden.

Slide 14 - Quiz