afronden 1.3 + vervolg PO + UL + in les 1.7 + UL 1.4 (2vwo)

Planning:
  1. werken aan je PO
  2. leerdoelen + uitleg 1.7
  3. opdrachten maken 1.7
  4. leerdoelen + uitleg 1.4
  5. opdrachten opgeven 1.4 
  6. aan de slag met opdrachten 
1 / 24
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Planning:
  1. werken aan je PO
  2. leerdoelen + uitleg 1.7
  3. opdrachten maken 1.7
  4. leerdoelen + uitleg 1.4
  5. opdrachten opgeven 1.4 
  6. aan de slag met opdrachten 

Slide 1 - Slide

Wat moet al in orde zijn:
  • titelpagina
  • onderzoeksvraag
  • hypothese
  • benodigdheden
  • werkplan/werkwijze
  • tabel met resultaten;
  • (op de juiste volgorde)

Wat moet nu in orde worden gemaakt:
  • grafiek van de resultaten;
  • (de (on)afhankelijke variabele op de juiste as)
  • Conclusie 
  • Discussie

timer
10:00

Slide 2 - Slide

leerdoel 1.7
Ik ken de mogelijke gevolgen (op korte en lange termijn) van roken en blowen. 

Slide 3 - Slide

Samenstelling van tabaksrook
nicotine 
teer 
koolstofmono-oxide 
Nicotine
 
Teer
 
Koolstofmonoxide 
Samenstelling van tabaksrook 

Slide 4 - Slide

Tabaksrook;
  • Nicotine ; is de stof die ervoor zorgt dat mensen verslaafd raken. 
  • Het heeft een opwekkend effect; verhoging hartslag en bloeddruk. 

  • Teer; beschadigt binnenkant van de luchtwegen + is kankerverwekkend.
  • Trilhaarcellen raken beschadigd, waardoor het slijm minder goed kan worden afgevoerd. Er zitten kankerverwekkende stoffen is.
  • Het veroorzaakt ook de bruine aanslag op vingers en tanden van rokers.

Slide 5 - Slide

Tabaksrook;
  • Koolstofmonoxide
  • Het is een reukloos gas. 
  • Als je CO inademt, wordt het opgenomen in je bloed. Daardoor is er in het bloed minder plek voor zuurstof. De cellen in het lichaam kunnen dan te weinig zuurstof krijgen.

Slide 6 - Slide

passief roken  (meeroken)

meeroken

gevolgen

Slide 7 - Slide

Meeroken
  • Als je de rook van anderen inademt is dat passief roken of meeroken.

  • Ook als je niet rookt kan je de schadelijke stoffen binnenkrijgen.

  • Hierdoor kan je dezelfde ziektes krijgen als rokers, ook al rook je zelf niet! 

  • Om mensen te beschermen, is het verboden te roken in openbare ruimten, in het openbaar vervoer, op de werkplek en op scholen. 

Slide 8 - Slide

E-sigaret, Shishapen, waterpijp
  • E-sigaret : verdampen vloeistof met nicotine en smaakstof.
  • Shishapen: E sigaret, meestal zonder nicotine.
  • Ook schadelijke stoffen: nicotine/ stikstofverbindingen en metalen: schade aan luchtwegen, hartkloppingen, kankerverwekkend.
  • Waterpijp: Er komt hierbij  tot 30x meer koolstofmonoxide dan sigaretten.
  • CO-vergiftiging. De symptomen = hoofdpijn, misselijkheid, duizeligheid, vermoeidheid. Bij langere blootstelling  leiden tot schade aan luchtwegen, hartkloppingen en verhoogde kans op kanker. 

Slide 9 - Slide

Waarom roken jongeren 

Wat denken jullie?

Slide 10 - Slide

Waarom roken mensen?
  • Af en toe roken, dan ontstaat er snel een behoefte aan nicotine:
  • Je gaat steeds sterker naar verlangen = geestelijk afhankelijk
  • Een roker heeft steeds meer nicotine nodig om zich prettig te voelen; 
  • Dit is gewenning
  • Vervolgens wordt het steeds moeilijker om ermee te stoppen, om het lichaam als het ware begint te protesteren als er niet wordt gerookt;
  • Dit noem je ontwenningsverschijnselen
  • Je bent dan lichamelijk afhankelijk, oftewel verslaafd.  

Slide 11 - Slide

ALCOHOL EN CANNABIS

Slide 12 - Slide

Cannabis
Werkzame stof in cannabis is THC.
Je kan het roken, drinken en eten.

In industriële hennep, voor bijv. kleding, zit geen THC.

Er zit ook CBD in. Deze stof heeft geen psychoactief effect, maar beinvloedt wel de werking van THC.
THC zit in de onbevruchte vrouwelijke bloemtoppen van de plant.

Slide 13 - Slide

kortertermijneffecten cannabis:

  • is afhankelijk van de soort hasj/wiet
  • stoned (lui, ontspannen)
  • high (energiek, vrolijk)
  • lichamelijke effecten; versnelde hartslag, lagere bloeddruk, hoofdpijn, duizeligheid, slaperigheid, angst, verminderde concentratie, geheugenproblemen. 

langertermijneffecten cannabis:

  • Verslaving
  • slapeloosheid
  • somberheid
  • concentratieproblemen
  • verhoogde kans op een psychische stoornis; zoals depressie en angstklachten.
  • Bij aanleg in je DNA kan schizofrenie ontstaan.

Slide 14 - Slide

Maak nu online;
 van
thema 1
extra stof 1.7
opdracht 1 t/m 4
timer
5:00

Slide 15 - Slide

leerdoelen 1.4 - ademhalen

1 = Ik kan de verschillen noemen tussen ingeademde lucht en uitgeademde lucht .

2=  Ik kan beschrijven hoe een inademing en een uitademing tot stand komen .

Slide 16 - Slide

Gaswisseling

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

A = Wat wijst nummer 2 aan?

B = Is het koolstofdioxide-gehalte bij 1 hoog of laag?

C = Is het zuurstofgehalte bij 3 hoog of laag?

D = Welke gassen moeten bij de letters P en Q staan?

Z.O.Z. de antwoorden
timer
2:00

Slide 19 - Slide

A = Luchtpijptakje
B = Laag
C = Laag
D =      
P = zuurstof
Q = koolstofdioxide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Borstademhaling
(ribademhaling)
Tussenribspieren spannen aan
  • ribben en borstbeen omhoog
  • borstholte wordt groter
  • longen worden groter
  • lucht gaat in longen
         
       (je ademt in)

Buikademhaling
(middenrifademhaling)
Middenrif trekt samen
  • middenrif omlaag
  • longen worden groter
  • borstholte wordt groter
  • lucht gaat in longen


(je ademt in)





Slide 23 - Slide

Ga aan de slag met;
  • van extra stof 1.7 - opdracht 1 t/m 4
  • van basisstof 1. 4 - opdracht 1 t/m 3 + 5 t/m 8
  • PO 17 oktober voor 09:00uur online in classroom ingeleverd.
  • PO 17 oktober om 09:00uur uitgeprint inleveren in de les. 

Wat niet af is, wordt automatisch huiswerk.


Slide 24 - Slide