HP plus Mictie les 5

Mictie 
Leerdoelen:
  • heeft basiskennis van de anatomie van het urinewegstelsel.
  • heeft basiskennis van aandoeningen aan urinewegstelsel in 
     relatie tot een verblijfskatheter.
  • kan een externe katheter (condoomkatheter) aanbrengen en verwijderen.
  • kan een katheteropvangzak legen en verwisselen.
  • kan een katheteropvangzak doorkoppelen.
  • kan een urethrale verblijfskatheter verzorgen.
  • kan een suprapubische katheter verzorgen.
1 / 26
next
Slide 1: Slide
Helpende plusMBOStudiejaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Mictie 
Leerdoelen:
  • heeft basiskennis van de anatomie van het urinewegstelsel.
  • heeft basiskennis van aandoeningen aan urinewegstelsel in 
     relatie tot een verblijfskatheter.
  • kan een externe katheter (condoomkatheter) aanbrengen en verwijderen.
  • kan een katheteropvangzak legen en verwisselen.
  • kan een katheteropvangzak doorkoppelen.
  • kan een urethrale verblijfskatheter verzorgen.
  • kan een suprapubische katheter verzorgen.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

Zie boek blz. 164
Nieren hebben een vorm van een boon en zijn ongeveer 7 bij 4 cm groot. Ze liggen aan elke kant van de ruggenwervel achter de buikholte, ter hoogte van de laatste twee borstweefsel. 
De rechternier ligt iets lager vanwege de lever. Boven op de nieren liggen de bijnieren, in de bijnieren worden onder andere hormonen gemaakt. De bijnieren spelen geen rol bij de urineproductie.
Binnen in de nier ligt het nierbekken. Het bloed dat door de nier stroomt wordt gefilterd en worden stoffen die overbodig zijn verzameld in het nierbekken. De stoffen stromen door de ureter naar de blaas, waar de urine wordt verzameld. Als er voldoende urine in de blaas zit, wordt er een signaal naar de hersenen gestuurd en krijg je aandrang om te plassen.

Slide 3 - Video

This item has no instructions

De juiste volgorde van het urinewegstelsel is...
A
Nieren - Blaas - Urineleider
B
Nieren - Urineleider - Blaas
C
Urineleider - Nieren - Blaas
D
Urineleider - Blaas - Nieren

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

  • De blaas rekt uit wanneer er urine in komt.
  • Er past ongeveer 1,5 liter urine in de blaas, bij 0,2 liter krijg je de aandrang
      om te plassen. Hoe voller de blaas is, hoe sterker dit signaal is.
  • Zindelijkheid trainen, signaal herkennen.
  • Urinebuis bij de man is 20 -25 cm lang en maakt S-vormige bocht.
  • Urinebuis bij de vrouw is 3 tot 5 cm, en loopt recht naar benenden.

Slide 6 - Slide

Afbeelding van blaas, volle blaas en normale blaas
  • Bij de man worden de sluitspieren van de blaas omringd door de prostaat.
  • Bij de vrouw is het risico op bacteriën groter, die van nature leven in de endeldarm (E-coli bacterie) en in de urethra terecht kunnen komen. Vrouwen zijn dan ook gevoeliger voor urineweginfecties omdat de anus en urineleider dicht bij elkaar liggen en de plasbuis kort is en daarmee ook de weg naar de blaas.
Maken opdracht 1
en bespreken 
timer
10:00

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

Zie boek blz.166
Andere aandoeningen aan het urinewegstelsel:
  • Blaasontsteking
  • Onvoldoende bloedaanvoer naar de nier
  • Onvoldoende afvoer van urine
  • Ziekten aan het nierweefsel
  • Kanker aan de nier of de blaas
  • Anatomische afwijkingen

Slide 9 - Slide

boek blz. 167 en 168
Stap voor stap de aandoeningen bespreken.

Slide 10 - Slide

Verblijfskatheter of een eenmalige katheter.
Opdracht 5 en 6 maken en bespreken.

Slide 11 - Slide

  • adviezen voeding minimaal 2 liter vocht inname/24 uur
  • let op vrijhangen van de slangen
  • voorkom knikken in de slangen
  • katheter bij fixeren op het bovenbeen niet te krap
  • “rijdende katheter” pas op
  • urine opvangzak altijd lager dan de blaas

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Een blaaskatheter is een voorbeeld van een interne katheter?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Infectiegevaar is bij een externe katheter groter dan bij een interne katheter?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Een blaaskatheter is een holle, vaak flexibele slang die ingebracht wordt in de blaas.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

Observatie;
  • Frequentie, gemiddeld 1,5 - 2 lt per 24 uur. Hoger? nervositeit, medicatie, blaasontsteking, veel gedronken, diabetes. Lager? koorts, nierafwijking, wonden of operatie, braken, diarree, hart en vaatafwijking.
  • Hoeveelheid
  • Kleur, Normaal is urine lichtgeel. Kleur wordt gevormd door de opgeloste (afval) stoffen.
    Donker is geconcentreerde urine.
    Donkergeel /-bruin -> lever, - nieraandoeningen
    Roze/rode -> bloed in de urine, medicatie, bietjes
  • Helderheid, urine is helder, troebele urine wijst op bacteriën, eiwitten of pus.
  • Geur, Ammoniakgeur, geconcentreerd. Urineweginfectie ruikt onaangenaam. Zoetig bij diabetes mellitus. Medicatie kan je ruiken. Afvalstoffen kan je ruiken
  • Manier van urineren

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Vilans protocollen
  • Urineopvangzak verwisselen
  • Urineopvangzak doorkoppelen (20 op lijst)
  • Urineopvangzak legen
  • Suprapubische verblijfskatheter en urethrale verzorgen (21
      op lijst)
  • Externe katheter aanbrengen en verwijderen (19 op lijst)

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Slide 24 - Link

Protocol het verzorgen van suprapubische katheter 

Slide 25 - Link

This item has no instructions

Vragen?
Nog vragen?

Slide 26 - Slide

This item has no instructions