Woordsoorten: zinnen bouwen - M1

1 / 19

Slide 1: Slide

NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with text slides and 1 video.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

Ik kan olw, blw, zn, bn, ww en vz benoemen in een zin.
Ik kan zelf woorden verzinnen bij een woordsoort

Slide 2 - Slide

Nog een nieuwe woordsoort...

Slide 3 - Slide

Voorzetsels

... geven plaats, tijd of oorzaak/reden aan

tijdens, gedurende

om, vanwege, wegens

Slide 4 - Slide

Werkwoorden met vast voorzetsel

houden van

bang zijn voor

deelnemen aan

gek zijn op

luisteren naar

lijken op

Slide 5 - Slide

Let op bij scheidbare werkwoorden

uitleggen legt uit

afwassen wast af

opruimen ruimt op

...tot hier de theorie!

Slide 6 - Slide

Opdracht liedjestekst "Reünie" (duo)

Luister naar het lied.

Probeer de ontbrekende woorden in te vullen.

Schrijf de juiste woordsoort op.

Vul jullie naam en klas in en lever het blad in.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

we gaan lezen ...

timer

15:00

Slide 9 - Slide

Elk woord in een zin kan je benoemen

Slide 10 - Slide

Werkwoorden met vast voorzetsel?

Slide 11 - Slide

Scheidbare werkwoorden?

Slide 12 - Slide

Schrijf de zin op en vul de woordsoort aan

(in duo of alleen)

Ik WW een ZN.
Ik eet een boterham.
Ik lees een boek.
Ik heb een zusje
...

OLW = onbepaald lidwoord

BLW = bepaald lidwoord

ZN = zelfstandig naamwoord

BN = bijvoeglijk naamwoord

WW = werkwoord

Slide 13 - Slide

Ik hou van ZN en ZN.

OLW = onbepaald lidwoord

BLW = bepaald lidwoord

ZN = zelfstandig naamwoord

BN = bijvoeglijk naamwoord

WW = werkwoord

timer

1:00

Slide 14 - Slide

Ik hou van BN ZN en BN ZN.

OLW = onbepaald lidwoord

BLW = bepaald lidwoord

ZN = zelfstandig naamwoord

BN = bijvoeglijk naamwoord

WW = werkwoord

timer

1:00

Slide 15 - Slide

BLW huis langs BLW sloot is al heel oud.

OLW = onbepaald lidwoord

BLW = bepaald lidwoord

ZN = zelfstandig naamwoord

BN = bijvoeglijk naamwoord

WW = werkwoord

timer

1:00

Slide 16 - Slide

Ik heb OLW BN ZN.

OLW = onbepaald lidwoord

BLW = bepaald lidwoord

ZN = zelfstandig naamwoord

BN = bijvoeglijk naamwoord

WW = werkwoord

timer

1:00

Slide 17 - Slide

Ik ga op vakantie naar ZN

en neem OLW S-BN ZN mee.

OLW = onbepaald lidwoord

BLW = bepaald lidwoord

ZN = zelfstandig naamwoord

BN = bijvoeglijk naamwoord

WW = werkwoord

timer

1:00

Slide 18 - Slide

Ik verstopte mij VZ OLW BN ZN.

timer

1:00

Slide 19 - Slide

Woordsoorten: zinnen bouwen - M1

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

More lessons like this

Woordsoorten in de mix - 06042022 - H1d

Woordsoorten in de mix - 6 april - 1 M

Woordsoorten - les 2

Woordsoorten tweede les

LW, ZN, BN

Grammatica woordsoorten hoofdstuk 1 t/m 6 zoals op de toets wordt gevraagd

les 9 Grammatica herhaling woordsoorten weektaak

1kth2 Ontleden woordsoorten (5)/ voorzetsels