This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Inventions
writing skills
Slide 1 - Slide
Les 1: - Groepjes maken van 2 personen
- Ideeën opdoen en/of onderzoek doen
- Uitvinding bedenken / schetsen maken
Les 2: Oefenen schrijfvaardigheid
Les 3: Poster afmaken
Toets: Schrijftoets (e-mail schrijven)
PLANNING Project
Slide 2 - Slide
SCHRIJFVAARDIGHEIDSTOETS
Het uiteindelijke cijfer telt 2 keer mee.
Een deel van het cijfer bestaat uit het zelfstandig schrijven van de e-mail tijdens de les en een deel bestaat uit het maken van een poster in tweetallen over jullie uitvinding.
ASSIGNMENT:
Slide 3 - Slide
SCHRIJFVAARDIGHEIDSTOETS
You recently saw an advertisement of a contest for ‘Young Inventors’ on Instagram. You think you have a good chance of winning the contest with your new invention, so you decide to write an e-mail in which you sign up and tell everything the judges need to know about your invention and why you will be the perfect candidate for this.
ASSIGNMENT:
Slide 4 - Slide
UITVINDINGEN
Slide 5 - Slide
UITVINDINGEN
Slide 6 - Slide
UITVINDINGEN
Slide 7 - Slide
UITVINDINGEN
Slide 8 - Slide
VOORBEELDEN
Slide 9 - Slide
VOORBEELDEN
Slide 10 - Slide
Writing an email
Na deze les weet je...
... wat het is
... hoe je begint
... waar je op let
... hoe je afsluit
Slide 11 - Slide
SCHRIJFVAARDIGHEIDSTOETS
Het uiteindelijke cijfer telt 2 keer mee.
Een deel van het cijfer bestaat uit het zelfstandig schrijven van de e-mail tijdens de les en een deel bestaat uit het maken van een poster in tweetallen over jullie uitvinding.
ASSIGNMENT:
Slide 12 - Slide
SCHRIJFVAARDIGHEIDSTOETS
You recently saw an advertisement of a contest for ‘Young Inventors’ on Instagram. You think you have a good chance of winning the contest with your new invention, so you decide to write an e-mail in which you sign up and tell everything the judges need to know about your invention and why you will be the perfect candidate for this.
ASSIGNMENT:
Slide 13 - Slide
SCHRIJFVAARDIGHEIDSTOETS
- You are allowed to use a dictionary (woordenboek);
- You must use 150-250 words;
- You must use a proper structure as well.
Make sure you include all of the following points in your e-mail: Who are you? What is your invention? How does it work? Why are you going to be a good candidate?
ASSIGNMENT:
Slide 14 - Slide
E-mail
Langere berichten
Duidelijke structuur
Formeel en informeel
Geen sms-taal
Niet altijd een reactie
Je denkt meer na over inhoud
Komt goed over
Bedrijven en organisaties
DM
Korte berichtjes
Meteen zeggen wat je wilt
Informeel
Afkortingen en sms-taal
Vaak een reactie
Vaak even snel reageren
Kan slordig overkomen
Vrienden en familie
Slide 15 - Slide
Bij "To" schrijf je het email adres van de persoon die de mail moet ontvangen
Slide 16 - Slide
Bij "Subject" schrijf je waar de email over gaat.
Keep It Short and Simple (KISS)
Slide 17 - Slide
Deze aanhef wordt gebruikt:
Bij formele emails.
Als je de naam weet.
Als je iemand persoonlijk aanspreekt (je krijgt meestal een reactie terug)
Bijvoorbeeld: je stuurt een email naar een bedrijf of school en wilt graag een reactie van de persoon.
Slide 18 - Slide
SCHRIJFVAARDIGHEIDSTOETS
Slide 19 - Slide
Waar op te letten?
Begin altijd met een begroeting (aanhef) en een komma ("Dear Mrs. Smith, ...")
Gebruik geen "Hey!" tenzij je de persoon echt heel goed kent of dezelfde functie hebt. Formeel = formeel, informeel = informeel.
Slide 20 - Slide
Schrijf iemands (achter)naam goed... Controleer dit altijd.
Begin met de reden waarom je iemand een mail stuurt.
Keep It Short and Simple (KISS). Bij huiswerk en op school kun je oefenen en krijg je feedback. In de praktijk en op de toets wordt je beoordeeld. Neem geen risico, hou het simpel.
Schrijf het zo op dat je zeker weet dat het goed is. Weet je het niet zeker? Gebruik dan andere verwoording.
Slide 21 - Slide
Naar mijn mening
A
After my opinion
B
In my opinion
C
To my opinion
D
At my opinion
Slide 22 - Quiz
Ik zit op Einstein Lyceum
A
I sit onto Einstein Lyceum
B
I go to Einstein Lyceum
C
I go at Einstein Lyceum
D
I sit at Einstein Lyceum
Slide 23 - Quiz
Hoe vertaal je 'met vriendelijke groeten'
A
Greetings
B
with friendly greetings
C
Kind regards
D
Greetz
Slide 24 - Quiz
SCHRIJFVAARDIGHEIDSTOETS
STRUCTURE:
Verhaal van jouw e-mail:
Schrijf de aangegeven onderdelen uit in minimaal 3 alinea's en gebruik daartussen wit-regels.
Alinea 1: Inleiding / Wie ben je / Waarom mail je?
Alinea 2: Uitleg / Overtuiging
Alinea 3: Afsluiting
Slide 25 - Slide
Writing practice
You are going practice:
write an email of 100 words about one of the following topics:
Your favourite Youtube channel or your favourite singer