Totalitarisme aldus Stalin

Totalitarisme
2.2
1 / 41
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Totalitarisme
2.2

Slide 1 - Slide

"Ik heb liever dat men mij trouw is uit angst dan uit overtuiging. Overtuigingen kunnen veranderen, angst blijft. "
Wie heeft dit gezegd?
A
Lenin
B
Hitler
C
Stalin
D
Mao

Slide 2 - Quiz

Welke term past het beste bij het willen beïnvloeden van het denken van burgers ?
A
democratie
B
dictatuur
C
monarchie
D
totalitaire staat

Slide 3 - Quiz

Bekijk de afbeelding

Slide 4 - Slide

Welke begrip hoort NIET bij deze afbeelding?
A
Stalinisme
B
Totalitaire Staat
C
Terreur
D
Propaganda

Slide 5 - Quiz

Stalinisme
  • 1928-1956
  • totalitaire staat
  • denken en doen van burgers volledig beheerst door de staat/Stalin
  • terreur hele bevolking
  • eerst boeren/ later communisten/ gewone burgers

Slide 6 - Slide

Wat is NIET waar over het Stalinisme?
A
Voor een grapje over Stalin werd je al zwaar gestraft
B
Iedereen wist dat Stalin achter de executies en verbanningen zat
C
Stalins oude kameraden uit de tijd van Lenin werden werden gedood
D
Kinderen werden aangemoedigd hun ouders te verraden

Slide 7 - Quiz

combineer de maatregel met de soort verandering
sociaal
cultureel
econo-
misch
religieus
politiek
geloof afgekeurd, kerk vervolgd
Stalin alle macht
kunst verheerlijkt communisme
industrialisatie en collectivisatie
controle leven burgers, wantrouwen samenleving,
strafkampen

Slide 8 - Drag question

Grote Terreur
  • 1934-1938
  • Stalin vestigt totalitaire dictatuur
  • (mogelijke) tegenstanders verbannen of gedood
  • Gevolgen:
  1. 4 - 8 miljoen doden
  2. 4 - 8 miljoen gedeporteerden
  3. hele samenleving in angst

Slide 9 - Slide

Welke reden voor de Grote Terreur hoort er NIET bij?
A
Stalin voelde zich bedreigd door Amerika en het westen
B
Stalin wilde afrekenen met critici in zijn partij
C
Stalin was achterdochtig, hij zag overal vijanden
D
Stalin wilde de absolute controle over zijn partij

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

De Grote Terreur begon met het oppakken van hooggeplaatste communisten. Hoe heet dit ook wel?
A
Grote Opruiming
B
Grote Schoonmaak
C
Grote Leegloop
D
Grote Zuivering

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Wie moest de Grote Terreur uitvoeren/organiseren?
A
Het Rode Leger
B
Stalin
C
Rechters
D
Geheime Politie

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Wat zegt Jezjov in deze bron over de Grote Terreur?
A
Het is niet erg als onschuldigen sterven
B
Gevangen moeten hout kappen
C
Soms zal een spion niet opgepakt worden
D
Vijanden moeten naar strafkampen

Slide 16 - Quiz

Met welke middelen werd de Grote Terreur uitgevoerd? Eentje hoort er NIET bij.
A
showprocessen
B
snelrecht
C
vage bepalingen in het wetboek
D
goede rechtspraak

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Deel 2 les

Slide 21 - Slide

Stalin

Slide 22 - Mind map

Wat was de Grote Terreur?

Slide 23 - Open question

Grote Terreur
  • 1934-1938
  • Stalin vestigt totalitair regime > massale terreur bevolking
  • start:' zuiveringen' communistische partij
  • later: alle mogelijke 'vijanden'
  • straffen: vage redenen, schijnprocessen, executies, strafkampen
  • uitvoering: geheime dienst
 

Slide 24 - Slide

2

Slide 25 - Video

01:16
Hoe past de veroordeling van deze vrouw in de tijd van de Grote Terreur?

Slide 26 - Open question

02:21
Hoe was het volgens deze overlevende in een Goelagkamp?

Slide 27 - Open question

Waarom kwam de Grote Terreur ten einde? 1 reden hoort er NIET bij
A
Het begon Stalins gezag aan te tasten
B
Stalin was omringd door meelopers
C
Stalin werd ziek en kon het niet meer aan
D
De WOII kwam eraan

Slide 28 - Quiz

Einde Grote Terreur
  • 1938/1939
  • redenen:
- Terreur tastte Stalins gezag aan
- Stalin omringt door meelopers
- WOII kwam eraan
  • Jezjov kreeg van Stalin de schuld > terechtgesteld
  • Gevolg WOII: officieren gedood > SU niet klaar voor oorlog 

Slide 29 - Slide

Wat heb je geleerd
over de Grote Terreur?

Slide 30 - Mind map

Vragen par. 4
5 t/m 14

Slide 31 - Slide

Vraag 5: combineer het antwoord met de vraag
Waarom wantrouwde Stalin Engeland en Frankrijk?
Wat was het voordeel van een geheim deel van het Molotov-Ribbentroppact?
Waarom hielden ze dat geheim?
andere landen zouden meteen de oorlog verklaren
ze vermeden oorlog en kregen meer land/macht
Ze hadden de Witten gesteund en Sudetenland aan Hitler gegeven

Slide 32 - Drag question

6c: Waarom leed de SU meer schade dan de andere geallieerde landen?
A
Ze kregen geen steun van de andere geallieerden
B
Het werd op hun grondgebied uitgevochten
C
Ze waren zwakker dan de andere geallieerden
D
Dit kwam omdat ze communistisch waren

Slide 33 - Quiz

7: Wat is geen overeenkomst tussen de ideeën van nazi-Duitsland en SU onder Stalin?
A
propaganda en censuur
B
tegenstanders straffen
C
antisemitisme
D
dictatuur en nationalisme

Slide 34 - Quiz

9: Hoe staat het communisme (volgens Marx) tegenover het geloof?
A
ze zien de kerk als goede bondgenoot
B
ze bestrijden de kerk, het zijn concurrenten

Slide 35 - Quiz

8d: Waarom zou de kerk na de communistische revolutie niet meer bestreden hoeven te worden?
A
ze hadden de kerk niet meer nodig, hun leven was nu beter geworden
B
de kerk zou al vernietigd zijn tijdens de revolutie
C
de priesters zouden communistisch zijn geworden

Slide 36 - Quiz

vraag 10: combineer het antwoord met de vraag
ze lagen in buurt van grote mijnen of projecten
welke soorten gevangenen?
zwaarte en duur straf
Waarom bleef de situatie in de kampen onveranderd tot 1956?

niet in verhouding met 'misdrijf'
gevangen konden daar werken als dwangarbeider
gewone mensen
Toen kwam er nieuwe leider in de SU

Slide 37 - Drag question

12a Was de omvang van de veranderingen in het dagelijks leven groot of klein door de Grote Terreur?
A
groot: iedereen kon worden opgepakt
B
klein: niet iedereen werd opgepakt

Slide 38 - Quiz

12b: Waarom pakte Stalin niet alleen het bezit af van zijn 'vijanden'?
A
Hij wilde dwangarbeiders hebben
B
Hij wilde uit wraak strenger straffen
C
Hij wilde angst zaaien om zo mensen in bedwang te houden
D
Hij vond dit niet ver genoeg gaan

Slide 39 - Quiz

13: Wat waren de doelen van Stalins terreur?

Slide 40 - Open question

14: In hoeverre was Stalin een goede communist?

Slide 41 - Open question